Reisverhaal

2044 KM IN 27 DAGEN OP EEN TANDEM NAAR ROME

Al vrij snel na het begin van zijn loopbaan als leraar Latijn en Grieks, raakte Wout de Lange bevriend met Klaas van Vlaanderen, leraar Nederlands aan het Casimir college te Amstelveen, die wegens een snel afnemend gezichtsvermogen geen les meer kon geven.

Vlak voor het einde van zijn carrière, na bijna veertig jaar onderwijs,vatte hij het plan op om, met Klaas achterop de tandem,naar Rome te fietsen. 2044 Km is het verhaal, waarin hij vertelt van hun belevenissen en ervaringen tijdens hun giro naar de caput mundi, de eeuwige stad Rome.

In april 1992 liftte de 24-jarige Chris McCandless naar Alaska om daar, alleen, de wildernis in te trekken. Zijn kaart van het gebied had hij weggegooid. Hij had slechts een geweer en tien pond rijst bij zich. Vier maanden later werd zijn lichaam in staat van ontbinding teruggevonden door een elandjager. Op zoek naar verklaringen voor de drijfveren en verlangens van Chris McCandless werpt Jon Krakauer een verhelderend licht op diens compromisloze pelgrimstocht. De wildernis in is het hypnotiserende, hartverscheurende verhaal over de enorme aantrekkingskracht van de natuur, de allure van het gevaar en de complexe band tussen vaders en zonen.

Iran, het land van dichters, ayatollahs, sjahs en de mooiste islamitische architectuur ter wereld, is voor velen een mysterie. Toch is het één van de belangrijkste landen in het hart van het Midden-Oosten, prominent op de oude handelsroutes en heeft het een eeuwenoude bewogen geschiedenis. In het afgelopen decennium reisde schrijver Alexander Reeuwijk meerdere malen van Istanbul naar Teheran en verder naar onder andere Isfahan, Shiraz, Persepolis en Yazd. Hij maakte er vrienden, sprak er met mullahs en probeerde het land te doorgronden en de bevolking te begrijpen. Met dit boek tilt Reeuwijk de sluier op, en toont de lezers Iran, in al zijn facetten.

Schrijver en acteur (Soldaat van Oranje, Zwartboek) Dolf de Vries neemt u in Brazilië en Argentinië mee naar deze veelzijdige Zuid-Amerikaanse landen. Van het vrolijke Rio de Janeiro tot Belém aan de monding van de Amazone; van Buenos Aires naar het kleine bergdorp Cachi en het machtige Andesgebergte. Argeloos, nieuwsgierig en bescheiden maakt hij kennis met de mensen, hun cultuur en hun geschiedenis. Brazilië en Argentinië is een feest voor wie deze landen wil bezoeken, wie er al eens is geweest en wie gewoon thuis iets te weten wil komen over Brazilië en Argentinië.

The story of a second epic and record-breaking endurance adventure by the author of the bestselling and award-winningThe Man Who Cycled the World.
 
In 2008, Mark Beaumont smashed the world record for cycling around the world, by an astonishing 81 days. His race against the clock took him through the toughest terrain and the most demanding of conditions. In 2009, Mark set out on his second ultra-endurance challenge. And this one would involve some very big mountains.
 
The Man Who Cycled the Americastells the story of a 15,000 mile expedition that once again broke the barriers of human achievement. To pedal the longest mountain range on the planet, solo and unsupported, presented its own unique difficulties. But no man had ever previously summited the continents' two highest peaks, Mt. McKinley in Alaska and Aconcagua in Argentina, in the same climbing season, let alone cycling between them. Oh, and Mark had never even been up Ben Nevis before.
 
Full of his trademark charm, warmth and fascination with seeing the world at the pace of a bicycle, Mark Beaumont's second book is a testament to his love of adventure, his joy of taking on tough mental and physical feats, and offers a thrilling trip through the diverse cultures of the Americas.

De meester-verteller overtreft zichzelf!

Een fascinerend reisboek over zijn reizen door Laos en Cambodja, dat tot de laatste zin blijft boeien en inspireren.

"... en daarom schrijf ik dit boek alsof ik het tegen jou heb. Een boek schrijven is eenzaam. Ik had me stellig voorgenomen over deze reis naar Laos en Cambodja niet te schrijven. Voor één keer onschuldig genieten en niet denken of ik de juiste woorden zou vinden. Toch kocht ik een schrift en maakte ik de eerste de beste avond in Laos al aantekeningen. En bleef dat doen. En nu schrijf ik jou, lezer. Om te vertellen. Ik geef je een naam en een gezicht en ik noem je niet u maar je. Ik wil het graag dicht bij huis houden ..."

Auteur

Dolf de Vries deed in 1960 eindexamen aan de Toneel Academie in Maastricht. Hij speelde een ontelbaar aantal rollen, zowel op het toneel als voor film (Soldaat van Oranje, Turks Fruit, De Vierde Man, Zwartboek) en televisie (Dossier Verhulst, Onderweg naar Morgen). 

Hij schreef en speelde vier soloprogramma's en schreef inmiddels zo'n veertig boeken, waaronder romans, jeugdboeken, verzamelde columns en heel veel reisboeken. 

In totaal werden tot nu toe ruim 250.000 boeken verkocht.

In Het Java van Bloem vindt de lezer niet alleen sterke, oorspronkelijke verhalen, maar ook uiterst praktische adviezen voor wie de rijke cultuur van het belangrijkste eiland van Indonesië wil leren kennen. Familierecepten, een keur aan schitterende foto s en de persoonlijke invalshoek van de auteurs maken dit boek tot een feestelijke zoektocht en een onorthodoxe gids.

Toen Dolf de Vries in 1969 in de straten van Willemstad (Curaçao) voor het eerst bewonderaars van Fidel Castro zag, revolutionaire jongemannen met Castro-petten en T-shirts met de beeltenis van Che Guevara, en kort daarna Zuid-Amerika bezocht, raakte hij in de ban van dit continent, dat hij vervolgens tot in alle uithoeken met vrouw en kinderen verkende. De beelden van Castro en Che Guevara bleven hem achtervolgen en hij besloot een boek te schrijven over Cuba. Zijn eerste contacten met de Cubaanse ambassade liepen op niets uit en een tweede keer, twintig jaar later, verzandde in de bureaucratie.

Dit boek is de derde poging om dit vrolijk getraliede land enigszins in de vingers te krijgen. Niet geheel blanco reisde Dolf de Vries af, want hij had inmiddels talloze boeken gelezen en ook in Europa veel communistische landen bezocht.

Na een uitgebreide verkenning van Havana reist hij per auto over het duizend kilometer lange eiland en merkt dat er veel pogingen ondernomen worden het land op te stoten in de vaart der volkeren. Gesprekken met Cubanen – zelfs op de meest afgelegen plekken – verzanden meestal in bewondering alom voor de figuur van Castro en – op een enkeling na – laten ze zelden het achterste van hun tong zien.

Een fascinerende reis door en een boeiend verslag van een land dat schommelt tussen hoop en vrees.

A gripping journey up the River Magdalena into the centre of Colombia, and a deeply personal meditation on memory and loss in the footsteps of Gabriel Garcia Marquez.

Running through the heart of Colombia is a river emblematic of the fascination and tragedy of South America, the Magdalena. Considered by some to be the most dangerous place in the world, travellers along the river - for centuries the only route into the vast South American interior - were at the mercy of tropical disease, dangerous animals and precarious barges. A third of the victims of 'la violencia', Colombia's period of civil conflict which began in the 1950s, ended up in its waters. Townships alongside it have experienced some of the worst massacres in South American history. In 2011, Michael Jacobs travelled its whole length to the river's source high up in Andean moorlands controlled by guerrillas. In spellbinding prose, he charts the dangers he negotiated - including a terrifying three day encounter with the FARC - while uncovering the river's history of pioneering explorations, environmental decline and political violence. As Jacobs delves into the history of destruction and decay along the river, he also makes a deeply personal exploration into memory and its loss: not far from the river's banks lies a group of townships with the highest incidence of early onset Alzheimer's in the world. Jacobs reflects on the lives of his father, and his mother - sufferers respectively from Alzheimer's and dementia - as he travels upstream towards what comes to seem like a heartland of mystery, magic and darkness.

Argentijnse avonden is het verhaal van een vader en zijn twee dochters, emigranten in Argentinië, en hun gespannen verhouding - het verhaal van een gezin op drift. In 1937 besloot Rinus van Mastrigt naar Nederlands-Indië te fietsen om daar werk te zoeken. Hij trouwde er en kort daarna werden Ida en Miep geboren. De oorlog sloeg het gezin uiteen. Na de jappenkampen zocht Rinus zijn geluk in booming Argentinië en liet zijn dochters overkomen.

De meisjes werden liefdevol opgevangen door de gereformeerde nazaten van Hollandse en Friese landverhuizers die een Hollandse kolonie hadden gesticht op de pampa. Ida trouwde met een van hen, werd boerin en later ook Hollandse consul. 

Argentijnse avonden is een aangrijpende familiegeschiedenis, en tevens een ode aan generaties Nederlanders die een nieuw bestaan opbouwden in een onbekende wereld.

Madagascar is a land where lizards scream and monkey-like lemurs sing songs of inexpressible beauty. Known as the Great Red Island, it is a place where fosse and tenures, van gas and aye ayes thrive in a true 'Lost World' alongside bizarre plants like the octopus tree and the three-cornered palm. And where the ancestors of the Malagasy, as the island's 18 tribes are collectively known, come alive in rollicking ceremonies known as “turning the bones.” 

This natural and cultural history of Madagascar is an exploration of what makes the island so extraordinary. It is the only book that combines cutting-edge science and conservation with adventure travel and historical narrative. Perfect for those about to travel to Madagascar for the first time or just want to learn more, much of the historical material will be new to those familiar with Madagascar, even researchers who have worked there for years.

Noorwegen is een oude liefde van Gerrit Jan Zwier sinds hij het, liftend langs de eindeloze kust en door het Lapse binnenland, ontdekte.

Velen hebben inmiddels de charme van het koele, stille noorden ontdekt, waar de grootse natuur niet tot tuintjes en parkjes is getemd. We hadden altijd al bewondering voor de taaiheid en wilskracht van de Noren, die zich in een woeste natuur wisten te handhaven. Bij ons wordt de lokroep van het noorden nu nog luider gehoord, niet alleen door vakantiegangers, maar ook door het groeiend legertje van emigranten, die hopen dat in een fjord of half verlaten dorpje het avontuur van hun leven nu echt zal beginnen.

In Altijd Noorwegen worden de landschappen, eilanden en uithoeken van zuid naar noord verkend, vaak te voet, maar ook met de auto en per schip. Het blijft wonderbaarlijk dat de misdaadliteratuur hier tot bloei kwam, in al die vredige provinciestadjes waar in werkelijkheid de diefstal van een skistok al een sensatie zou zijn. Niets ligt voor de hand in een land waarvan de bewoners een ‘romantisch hart’ en een ‘koel verstand’ zouden hebben.

Een jonge Amerikaan reist naar het platteland van Oost-Europa. Daar gaat hij op zoek naar de vrouw die, zo is hem verteld, zijn grootvader uit de handen van de nazi's heeft gered. Vergezeld door de onvergetelijke Alex, zijn jonge Oekraïense tolk die behept is met een komisch spraakverwarrend accent, maakt Jonathan een donquichotachtige zoektocht door een verwoest landschap, terug naar een onverwacht verleden.

Jonathan Safran Foer (1977) studeerde filosofie aan Princeton University. Zijn debuutroman Alles is verlicht verscheen in 2002, gevolgd door Extreem luid en ongelofelijk dichtbij in 2005. Beide boeken zijn internationale bestsellers.

Mr Fernando led me into a dark room that was lined with book-cases and smelled of leather and damp. The polished, concrete floor of the library was covered with white jasmine flowers that had blown through the windows during the storm. He began to select from the shelves a collection of disintegrating books. ‘If you are going to read any of them, it should really be this one,’ he said as he passed me two thick volumes, embossed with gold lettering and spotted with damp. The work was simply called Ceylon and was written by an Irishman named Sir James Emerson Tennent, who had been sent to the island in 1845 by Her Majesty’s Government.The Teardrop Island follows in the footsteps of the eccentric Victorian James Emerson Tennent, along a route which takes Cherry to pilgrimage trails, into tea estates and rural regions inhabited by indigenous tribes, as well as through restricted areas of the former warzone, delving under the surface of the contemporary culture via cricket matches and fortune tellers.

Ethiopië heeft een zeer afwisselende natuur. Er zijn veertien Nationale parken te vinden. U treft er watervallen, vulkanen, bergen, zoutmeren, warmwaterbronnen en ravijnen aan. Maar ook vindt u in de stad Harar 99 moskeeën. Deze moskeeën vertegenwoordigen de 99 namen van Allah. Dus zeker niet eenzijdig.

Ethiopië, ongekend anders!, is een boek voor lezers en reizigers die meer willen weten over het land Ethiopië. De auteur neemt u mee naar bijzondere plekken en interessante bevolkingsgroepen. Laat u kennismaken met tradities, volksverhalen, legenden en spreekwoorden.

Samen met haar man, een verdienstelijk fotograaf en hun gezamenlijke Ethiopische vriend die de terreinwagen bestuurt, reist zij door het land.

De Danakil-Depressie met onder andere Dalol en de zoutvlaktes worden bezocht waar ze opnieuw kennismaken met de Afar. Ze reizen door de Riftvallei met zijn bijzondere meren, bezoeken de eeuwenoude stad Harrar met zijn kleurrijke bevolking. Het Tanameer wordt bevaren en de interessante eilanden bezocht. Er wordt een beeld gegeven van de veelzijdigheid van de kerken in Lalibela en ze vertelt over Aksum.

Ook zijn ze te gast bij meerdere bevolkingsgroepen waaronder De Surma, de Nuer, de Rastafari's, de Hamar, de Konso en de Dorze. 

Ine Andreoli(1944) publiceert (reis)boeken en artikelen over Afrika. Over Ethiopië schreef ze vier boeken, drie voor volwassenen en een voor kinderen. Ze woonde drie jaar in Ethiopië waar haar man werkte voor de suikerindustrie. Sinds die tijd heeft Ethiopië een speciaal plekje in haar leven verworven en keert ze er regelmatig terug. 

In Congo doet Redmond O’Hanlon verslag van zijn reis naar Lac Télé, een mysterieus meer in Congo waar volgens de overlevering een monster zou voorkomen waarvan de wetenschap vermoedt dat het een dinosaurus zou kunnen zijn. Onder de pen van O’Hanlon wordt deze expedite een queeste die de vergelijking met Conrad en Theroux aankan. Zijn tocht door de jungle, de beesten die hij ontmoet, het geweld dat hij tegenkomt, het ongeloof dat hemzelf bekruipt: de reis laat hem niet onberoerd en maakt zelfs een ander mens van hem. Congo is van a tot z indrukwekkend, een van de beste reisverhalen van onze tijd.

In de zomer van 2006 voltooide de Chinese overheid een spoorlijn naar Tibet, waarmee het regime definitief greep wilde krijgen op dit afgelegen, mysterieuze grensgebied vol rijke bodemschatten. Lustgarten beschrijft hoe het project de levens van vele Chinezen en Tibetanen op zijn kop heeft gezet. Zo volgt hij de innovatieve ingenieur Zhang Luxin, die het traject van de trein over verraderlijke bergpassen en permafrost uitstippelt, en de standvastige Tibetaanse winkelier Rinzen, die in een explosief groeiende gemeenschap moet vechten om het hoofd boven water te houden. Toen deze hoogste en steilste spoorlijn ter wereld de eindbestemming Lhasa bereikte, overspoelde een stortvloed van Chinese gelukszoekers Tibet. Het aangezicht van lokale gemeenschappen veranderde drastisch soms ten goede, maar in vele opzichten ook niet. Het spoor naar Tibet is een actueel, schokkend en aangrijpend ooggetuigenverslag van de onwaarschijnlijk snelle economische groei van China. Het belicht ook de keerzijde daarvan: de offers die land en burgers moeten brengen

Myanmar, Birma, Burma of het Gouden Land; de naam is al net zo veelzijdig als het land zelf. Waar Ada Rosman-Kleinjan en haar echtgenoot Jan Rosman ook verbleven en waar zij ook rondreisden altijd was er wel een gouden Boeddha in de buurt of een fraaie pagode die zijn gouden dom de blauwe lucht in stak. Myanmar wordt dan ook niet voor niets het Gouden Land genoemd..

Toen Jan en ik in 2011 terugkeerden uit Myanmar werden we onmiddellijk door de werkelijkheid ingehaald. Het zo gesloten land gooide de deuren wagenwijd open. Ik had al langer de wens om een nieuwe druk van dit boek uit te geven. Gelukkig dacht de uitgever er ook zo over. Ik heb een gedegen en uitgebreide inleiding geschreven waarbij ik inga op vele veranderingen die het land de laatste jaren heeft doorgemaakt. Het reisverhaal blijft natuurlijk staan zoals het is. Enkele bonusfoto’s,  een bijgewerkte literatuurlijst en websitetips maken dat het boek weer jaren mee kan. Daarom vond ik een andere titel en een nieuwe omslag gerechtvaardigd.

Myanmar: een schitterend land met glanzende pagodes en stralende tempels. De reis begon in Yangon en via Pyay ging de reis verder naar de betoverende tempels van Bagan. Vervolgens met de boot naar Mandalay. Met de bus kwamen Ada Rosman-Kleinjan en Jan Rosman midden in de nacht aan bij het Inlemeer waar beenroeiers op een heel bijzondere manier vissen en de drijvende tuinen voor groente zorgen. Na een bezoek aan de tempelgrot van Pindaya reisden zij naar Bago en raakten diep onder de indruk van twee grote, liggende Boeddha’s. De gouden rots van Kyaiktiyo werd bewonderd, om daarna nog één keer in de bus te stappen die hen veilig naar de hoofdstad terugbracht. Myanmar, waar de prachtige en veelkleurige bevolking je het gevoel geeft dat je een langverwachte gast bent en grauwe ossen en stoere buffels traag door het landschap sjouwen. Het land heeft na een jarenlang vrij geïsoleerd bestaan de deur naar het Westen op een kier gezet en de mensen in dit land kijken reikhalzend uit naar de toerist.

Wat kunt u van dit reisboek/reisverslag over Myanmar (Birma) verwachten:

167 pagina’s is dit reisverslag dik

14 pagina’s met kleurenfoto’s kleuren dit reisverslag

schitterende kleurenomslag siert dit reisverslag

duidelijke landkaart staat natuurlijk in dit reisverslag

uitgebreide literatuurlijst maakt dit reisverslag compleet

Na diverse reizen door oostelijk en zuidelijk Afrika te hebben gemaakt, kozen Ada en Jan nu voor West-Afrika: Senegal en Mali. De reis begon in Dakar, de hoofdstad van Senegal en na een tocht van meer dan zestig uur in bussen, auto’s en taxi’s werd uiteindelijk Timboektoe bereikt: de stad in de woestijn waar kamelen in de schaduw van de bomen liggen te herkauwen, Touaregs leven in het zand van de Sahara en de stad nog teert op haar roem en glorie uit vroegere tijden. De mystieke Dogonvallei werd bezocht, in pinasses en piroques werd er op de Niger en de Bani rivier gevaren en kennis gemaakt met de Bozo en de Peul mensen. Ada en Jan kwamen in de ban van Afrika’s oudste stad Djenné en alle zintuigen stonden op scherp tijdens de beroemde maandagmarkt. In Senegal werd kennisgemaakt met de geschiedenis van de slavenhandel op het eiland Gorée, het zoute water van Lac Rose en het mooie, koloniale Saint-Louis werden bezocht .

Reis mee van Dakar naar Timboektoe (en weer terug).

Het Afrika van de modderhuizen, de markten en de moskeeën.

- Schitterende kleurenomslag

- 45 zwartwit foto's in het boek

- 160 pagina’s

- duidelijke landkaart

- literatuurlijsten van de bezochte landen

Driemaal fietste Art Khachatrian, fotograaf, niet bang voor bergen want afkomstig uit Armenië, van Amsterdam naar Rosita in Rome. Telkens vroeg hij of ze meeging. Tenslotte deed ze dat, maar ze fietsten niet naar Rome maar naar het orakel van Delphi.

Vrienden en familie probeerden Rosita tegen te houden. ‘Je fietst nooit,’ was haar moeders voornaamste argument. Maar op een warme namiddag in Amsterdam toetste Art op zijn iPhone de kortste weg naar Delphi in en vertrokken ze op hun mountainbikes. Ze reden over de Duitse Autobahn, door Oostenrijk, over de Zwitserse Alpen begeleid door donder, bliksem en zware regen, om vervolgens na een daling van 2000 meter een zon overspoelde Italiaanse appelboomgaard binnen te rollen. In Brindisi namen ze de boot en zo kwamen ze na veertig dagen aan in Delphi. ‘Ken uzelve,’ gebood het orakel. Nooit hadden ze gedacht daar op deze manier achter te komen.

Hoe komen Delftsblauwe tegels met afbeeldingen van Adam en Eva op de vloer van de boeddhistische tempel Ridi Vihara in het binnenland van Sri Lanka? Waarom werd het
VOC -fort Katuwana vergeten en overwoekerd door tropisch woud? Sri Lanka bezit het grootste VOC-erfgoed in Azië en uniek voor een voormalige kolonie : zelfs een museum over de Nederlandse Tijd.

“Nederland is bijna vergeten hoe mooi en bijzonder Sri Lanka is,” zegt journalist en reispublicist Ad van Schaik die het eiland sinds 1976 vele malen bezocht. Uit bewondering schreef hij het reisboek Sri Lanka, een dictionnaire amoureux, waarin hij in alfabetische volgorde verhaalt over bijzondere plaatsen die hij ontdekte en de boeiende mensen die hij er ontmoette, waaronder vooraanstaande Sri Lankaanse archeologen en historici. Maar ook Nederlanders die in Sri Lanka wonen en werken. Zoals de Nederlandse boeddhistische monnik Olande Ananda die op de nationale Sri Lankaanse televisie jarenlang meditatie bijeenkomsten leidde.
Lang was Sri Lanka voor Ad van Schaik een oogverblindend tropisch decor; rijk aan boeddhistische monumenten, hindoetempels, verscheidenheid aan culturen en wereldreligies en met maar liefst acht UNESCO Wereldmonumenten. “Geen land ter wereld dat zo idyllisch overkomt,” zegt hij. Vervolgens bepaalde jarenlang het ernstige conflict van de Sri Lankaanse overheid met de Tamil Tijgers het beeld van Sri Lanka, waardoor toeristen het land gingen mijden. Nu het land weer volop in de belangstelling staat, werd het tijd voor dit boek dat informeert over de mooie en schaduwkanten van dit fascinerende land. Bovenal is het een reisboek met informatie die in geen enkel andere gids te vinden is.

The songlines are the invisible pathways that criss-cross Australia, ancient tracks connecting communities and following ancient boundaries. Along these lines Aboriginals passed the songs which revealed the creation of the land and the secrets of its past. In this magical account, Chatwin recalls his travels across the length and breadth of Australia seeking to find the truth about the songs and unravel the mysteries of their stories.

Wandelen is de laatste jaren steeds populairder geworden. Het is zelfs de favoriete vrijetijdsbesteding van de Nederlander. Maar ook buiten Nederland is wandelen onverminderd populair. De Brit Rory Stewart, misschien wel de beroemdste wandelaar van Europa, schreef een bestseller over de edele kunst van het wandelen: Tussenstations. 

In Tussenstations beschrijft Stewart zijn tocht door Afghanistan, waar hij begin 2002 als eerste wandelaar het toen net bevrijde land doorkruiste. Het landschap bleek even grillig als de staat waarin het land verkeerde. Dankzij zijn kennis van de taal en de moslimcultuur, zijn inventiviteit en de hulp van vreemden overleefde Rory Stewart de gevaarlijke expeditie. 

Rory Stewart (1973) is schrijver, diplomaat en wetenschapper. Van 2010 tot 2019 was hij lid van het Britse Lagerhuis en van 2015 tot 2019 minister in de kabinetten van Cameron en May. Stewarts standpunten over Brexit waren onverenigbaar met die van Boris Johnson, en daarom verliet hij de Conservatieve Partij. Tegenwoordig doceert hij politiek en internationale betrekkingen aan Yale University. 

‘Een prachtig boek.’

Vrij Nederland

‘In de tijd dat het in de kranten vooral over bombardementen en terreur ging, was dit een hoopgevend en ook overtuigend tegengeluid.’

Trouw

‘Het voelt als een lang verloren schat uit de tijd van de grote ontdekkingen.’

The Guardian

‘Een verbluffend meesterwerk. In nagenoeg ieder opzicht bijna te goed om waar te zijn.’

The New York Times, boek van het jaar

Zweden is gezegend met adembenemende landschappen, zowel in het hoge noorden als in het zuiden, een rijke geschiedenis aan kunst en cultuur en vriendelijke bewoners. Om het land in al zijn glorie te leren kennen liet Gerrit Jan Zwier zich leiden door twee ideale gidsen: op het land door de naturalist Carolus Linnaeus (1707-1778) en in de lucht door Nils Holgersson, de hoofdpersoon uit Nils Holgerssons wonderbare reis van Selma Lagerlöf (1858-1940). Beiden zijn als reizigers uit het goede hout gesneden: ze zijn nieuwsgierig en hebben een onderzoekende geest. Vanuit deze twee perspectieven maakt de lezer kennis met de schoonheid van Zweden, van Skåne tot Lapland en van Dalarna tot Gotland en Öland.

Alles achterlaten en vertrekken - het rauwe avontuur tegemoet, vrij van regels, stress en relatieproblemen. Voor velen slechts een droom, maar journalist Paul van Hooff (1964) doet het. Zijn plan: met zijn trouwe metgezel 'Guus', een Moto Guzzi V7 uit 1975, wil hij van de noordelijkste plaats van Alaska toeren naar de zuidelijkste punt van Argentinië. Onderweg slaapt hij in zijn tentje langs de weg of in spotgoedkope pensionnetjes. Hij zoekt naar goud, heeft een liaison dangereuse met een guerrilla-strijdster en volgt het spoor van Che Guevara. Van Hooff lives his dream - in een verhaal dat leest als een road novel.

Maar gedurende zijn motorreis over de Amerikaanse continenten begint zijn verleden hem langzaam in te halen. Wat betekent vrijheid eigenlijk in deze tijd? Hoe vrij en ongebonden is hij werkelijk? Is zijn avontuur niet gewoon een vlucht? Op het einde van zijn reis wacht hem een verrassing die zijn leven voorgoed zal veranderen.

With passion and wit, Bernard Levin describes his travels on foot through the beautiful countryside of south-eastern France. He follows in the mighty footsteps of the great Carthaginian enemy of Rome, Hannibal, who made the expedition with an army and elephants nearly two millennia before.

From the Camargue via the Rhône Valley, across the Alps and into Italy during August snowstorms, he comments on the social and historical importance of the landscapes he passes through, taking detours to the table of chef Jacques Pic at Valence and the Arles region immortalised by Van Gogh. The journey would not have been complete without enjoying the hospitality of the Moussets – the fifth generation of their family to produce wine at Châteauneuf-du-Pape, before turning eastwards, to face the greater challenge of the Alps.

Tibet was not just on the horizon, it capped it. Four thousand metres above this city was a country of stone and ice, and, even though it was officially closed, there was still a way in.A compelling and unforgettable encounter on the roof of the world... Hoping to reach Tibet after a twenty-year obsession, Charlie Carroll travelled to China. Contending with Chinese bureaucracy, unforgiving terrain and sickness-inducing altitude, Charlie experienced twenty-first-century Tibet in all its heartbreaking beauty.Tibetan-born Lobsang fled the volatile region over the Himalayas, on foot, as a child in 1989. An exile in Nepal, then a student in India, he was called back to Tibet by love. At the end of the road known as the Friendship Highway, he met Charlie and recounted his extraordinary life story, exemplifying the hardship, resilience and hope of modern Tibetan life.

Na 33 jaar zet de auteur samen met haar man en vrienden weer voet op Ethiopische bodem. Ze reizen door het noorden en het zuiden van het veelzijdige land. Er wordt opnieuw kennisgemaakt met 'Het land van de verbrande gezichten'.

In het noorden varen ze op het Tanameer en bezoeken het eiland Zeghe, ze bewonderen de Tis Isat, lopen rond in de Koningsstad in Gondar en zijn onder de indruk van de serafijnenkopjes in de Debre Birhan Selassie kerk, nemen een kijkje bij de Falasha's en spotten de Geladababoon, de Walia ibex en de Simienfox in het Simien National Park. In Aksum worden het Stèleveld, de Maryam Tsyson Kathedraal en meer bekende en onbekende bezienswaardigheden bekeken. Het Debre Damo klooster wordt aangedaan; de rotskerken in Tigré bekeken en ze begeven zich in de mysterieuze sfeer van het 'achtste wereldwonder' in Lalibela.

In het zuiden is het genieten op en om de meren met de prachtige vogels, krokodillen en nijlpaarden. Daarnaast worden verschillende bevolkingsgroepen en stammen met een bezoekje vereerd, zoals: Rastafari, Sidama, Borana, Konso, Hamar, Banna, Mursi, Dorze enzovoort. 

Ook worden herinneringen opgehaald; zij bezoeken de Metahara Sugar Factory en omgeving, waaronder het Awash National Park, en maken opnieuw kennis met de bevolkingsgroep Afar. 

Betam konjo is de herziene druk van het eerder verschenen boek Konjo Nö! Het verhaal is aangepast en uitgebreid en de informatie is vernieuwd en geactualiseerd. 

Betam konjo is een boek voor reizigers die graag lezen en voor lezers die graag reizen, maar ook voor lezers die meer willen weten over het oeroude land Ethiopië. Het is een compleet geheel en bevat: een interessant en boeiend reisverhaal, uitgediepte thema's, achterliggende geschiedenis en legenden, beschrijvingen van volkeren, weetjes, praktische informatie en tips. 

Ine Andreoli publiceert (reis)boeken en artikelen over Afrika. Over Ethiopië schreef ze vier boeken, drie voor volwassenen en één voor kinderen. Ze woonde drie jaar in Ethiopië, waar haar man werkte voor de suikerindustrie. Sinds die tijd heeft Ethiopië een speciaal plekje in haar leven verworven en keert ze er regelmatig terug.

What would it feel like to be out there alone in that empty vastness? Just before midnight on 24 November 2011, Felicity is left completely alone on the coast of Antarctica. The isolation is instant and devastating. Only three people in the world have crossed Antarctica alone. The first two were men and both Norwegian. At the age of 34, British woman Felicity Aston became the third. Unlike her predecessors, she didn't use kites or parasails to assist her. Within days, frozen into her facemask and reflecting on what had drawn her to such a place, she was battling desperate weather as she towed her heavy sledges. Every morning she wakes believing she cannot face another day as the expedition becomes a race against time to reach the coast before the last flight out. This gripping and inspirational account of personal endurance shows what you can achieve when you grit your teeth and decide just to get through today in one piece.

Een dijk is een grens, een overgang tusen water en land, zout en zoet, buiten en binnen, dreiging en veiligheid, hemel en aarde.
Een dijk is een lichaam waarop je ligt te dromen. Op een dijk ben je groot en klein tegelijk. Aan alle kanten overzie je het landschap, maar ben je ook een stipje onder de wijde hemel.
Aafke Steenhuis, die vrijwel haar hele leven op dijken heeft gewoond, schrijft over oude slaperdijken in de Groningse Ommelanden. Ze vertelt over de monniken die de dijken bouwden en praat met boeren en landarbeiders die er nu wonen, cafébazen, vissers, sluiswachters, schilders, borgvrouwen en dichters, en brengt éen van de oudste en mooiste landschappen van Europa in beeld.

Duitstalig verslag van Edith Kohlbach over twee reizen naar Mauretanië...........

Mauretanien - Zwei Reisen in ein unberührtes Land - Edith Kohlbach 

Mauretanien ist in seiner Natur noch sehr jungfräulich, noch nicht vom Tourismus verändert. Das macht das Reisen etwas schwieriger, aber auch interessanter, und alle, die die Herausforderung suchen, sind hier genau richtig. Zweimal war ich in Mauretanien, 2007 und 2013, zwei Reisen, wie sie hätten unterschiedlicher nicht sein können.

Auf der ersten Reise erreichte ich das Land mit dem eigenen Fahrzeug und der langen Anreise durch Marokko, bei der zweiten Reise nahm ich das Flugzeug und habe mich dann in Nouakchott vertrauensvoll in die Hände der Agentur La Phare du Désert und ihrem Inhaber Idoumou Abderrahmane begeben, um endlich die seltenen Sahara-Krokodile mit eigenen Augen zu sehen.

Die Erlebnisse dieser beiden Reisen, die jeweils zwei Wochen dauerten, werden in diesem Buch beschrieben

Op weg naar de Zuilen van Axum ontdekt Frank van Rijn al snel dat Ethiopië een mooi land is met mooie marktjes, een mooi klimaat, mooie ruige bergwegen en mooie kinderen die mooie stenen op een lelijke manier naar zijn hoofd slingeren, als hij niet snel genoeg voldoet aan hun dwingende eis om geld en pennen uit te delen. Op een lange, moeizame klim loopt het, als er in een dorp juist een school uitgaat, nogal uit de hand met de Ethiopische jeugd. Als een alternatieve rattenvanger van Hamelen zwoegt Van Rijn voort met horden op pennen en geld beluste 'students' achter zich aan, maar de rivier uit het sprookje ontbreekt...

Een verslag van het prachtige land Jordanië met haar vriendelijke bevolking.
Ze reist, samen met haar man, in een huurauto met chauffeur Essan door het land en bezoekt vele mooie en interessante plaatsen en gebieden.

Ze slapen in een bedoeïentent in de woestijn, lopen in de eeuwenoude stad Petra, bezoeken een van de best bewaarde Romeinse steden en proberen het beloofde land te zien en wel op dezelfde plaats als Mozes. Ze beleven de sfeer van de kruisvaarders, maken gebruik van de uitgebreide koude en warme buffetten en proeven de Arabische sfeer. Ze ervaren de drijvende kracht van de Dode Zee en zitten volledig gekleed op een publiek strand aan de Rode Zee. De reis eindigt in Aqaba waar ze de boot nemen naar Egypte.

Zoals alle boeken van Ine Andreoli is dit boek een compleet geheel. Het bevat een interessant en boeiend reisverhaal, uitgediepte thema’s, de achterliggende geschiedenis en legenden, weetjes en praktische informatie en tips. Bovendien geeft de auteur achtergrond informatie over cultuur en natuur.
Een interessant boek voor wie zich op een ontspannen wijze wil laten informeren over het interessante land Jordanië.

`Ik was weer gelukkig, terug in Afrika, rijk van het licht, schrijft Theroux wanneer hij begint aan een nieuwe reis: van Kaapstad naar Angola, dwars door het continent waar hij zoveel van houdt. Hij kwam voor het eerst in Afrika als 22jarige vrijwilliger bij het Vredeskorps. Nu keert hij terug, ditmaal om het minder betreden westelijk Afrika te verkennen, en zichzelf. Hij reist door de Kaapprovincie van ZuidAfrika naar Namibië, waar hij een oude droom verwezenlijkt: de San (Bosjesmannen) te bezoeken. Hij onderneemt een adem benemende olifantensafari in Botswana en belandt in Angola, bijna op de grens met Congo. Na meer dan 4000 kilometer door de bush beëindigt hij zijn reis eerder dan hij van plan was, een beslissing waarover Theroux vertelt met een typerende, driftige eerlijkheid.

'De grootste, de eerste van de beste in dit genre is Paul Theroux.' - The New York Times Book Review

'Een aangrijpend verslag van 's werelds bekendste reisschrijver in crisis. Indrukwekkend reisverslag. Vier sterren ****' - Hans Bouman in de Volkskrant

‘Aangrijpende bitterheid. Hier is een groot reisschrijver aan het woord die droevig afscheid neemt van zijn métier. Vier sterren ****’ – Toef Jaeger in NRC Handelsblad

'‘Dit mooi geschreven en indringende boek brengt zijn pijnlijke ervaring met de Afrikaanse ellende goed onder woorden.’ – Annemarie van Niekerk in Trouw

In de republiek Armenië ligt de berg Ararat, waar de ark van Noach zou zijn gestrand. De reis die Frank Westerman naar die bijbelse plek ondernam, maakte een heleboel vragen bij hem los: over (het verlies van) geloof, de nietigheid van de mens en de plaats van mythes in onze cultuur. Op adembenemende wijze combineert Westerman het verslag van zijn tocht naar de top van de Ararat met een reis naar zijn binnenste, waar rationaliteit en twijfel met elkaar in conflict raken. Van de auteur van De graanrepubliek, Ingenieurs van de ziel en El Negro en ik.
 

An account of a trip through war-torn and poverty-stricken Afghanistan, this remarkable book could have been titled "An Unexpected Beauty." Elliot, who first traveled to the country as a 19-year-old enthusiast of the mujahedin, has no illusions about the inherent shortcomings of travel writing ("a semi-fictional collection of descriptions that affirm the prejudices of the day"). He also dismisses the journalistic method, which relies on a single bombed-out street in Kabul to monolithically represent an entire nation. So it is not without some self-deprecation that he offers his own strange and improbable adventures in the country's lawless stretches and perilous mountain passes. "I had in mind a quietly epic sort of journey," he explains. "I had given up on earlier and more ambitious schemes and was prepared to make an ally of uncertainty, with which luck so often finds a partnership." Humorous, honest and wry, a devotee of Afghanistan's culture, Elliot strives to debunk the myth of "the inscrutability of the East" and paint, in careful detail, a portrait of a deeply spiritual people. For a first-time author, his literary talents are exceptional. His sonorous prose moves forward with the purposeful grace of a river; it reads like a text unearthed from an ancient land. (Feb.) Forecast: Already lauded in England, this book announces the arrival of a major travel writer. It should capture the hearts of armchair travelers who long for the grace, wit and irreverence of an era long gone.

This extraordinary debut is an account of Elliot's two visits to Afghanistan. The first occurred when he joined the mujaheddin circa 1979 and was smuggled into Soviet-occupied Afghanistan; the second happened nearly ten years later, when he returned to the still war-torn land. The skirmishes that Elliot painstakingly describes here took place between the Taliban and the government of Gen. Ahmad Shah Massoud in Kabul. Today, the Taliban are in power, but Elliot's sympathies clearly lie with Massoud. Although he thought long and hard before abandoning his plan to travel to Hazara territory, where "not a chicken could cross that pass without being fired on," Elliot traveled widely in the hinterland, visiting Faizabad in the north and Herat in the west. The result is some of the finest travel writing in recent years. With its luminous descriptions of the people, the landscape (even when pockmarked by landmines), and Sufism, this book has all the hallmarks of a classic, and it puts Elliot in the same league as Robert Byron and Bruce Chatwin.

One in 30 of the people on this planet is Indonesian. The 13,000 islands of their homeland, scattered along the equator, stretch the distance from London to Tehran, and the residents of the capital, Jakarta, tweet more than those of any other city on the planet. By any standard, Indonesia is a global hub, one of the most dynamic and diverse countries of the 21st century. But you don't have to look far from metropolitan Jakarta to find poverty, superstition, ancient rituals and black magic. Travelling from volcanoes and jungles to reefs and snowy peaks, investigative reporter Elizabeth Pisani sets out to capture the real Indonesia.

In 1945, Indonesia's declaration of independence promised: 'the details of the transfer of power etc. will be worked out as soon as possible.' Still working on the 'etc.' seven decades later, the world's fourth most populous nation is now enthusiastically democratic and riotously diverse - rich and enchanting but riddled with ineptitude and corruption. Elizabeth Pisani, who first worked in Indonesia 25 years ago as a foreign correspondent, set out in 2011, travelling over 13,000 miles, to rediscover its enduring attraction, and to find the links which bind together this disparate nation. Fearless and funny, and sharply perceptive, she has drawn a compelling, entertaining and deeply informed portrait of a captivating nation.

In 1878 Robert Louis Stevenson escaped from his numerous troubles--poor health, tormented love, inadequate funds--by embarking on a journey through the Cévennes in France, accompanied by Modestine, a rather single-minded donkey. The notebook Stevenson kept during this time became Travels with a Donkey in the Cévennes, a highly entertaining account of the French and their country. The Amateur Emigrant describes his travels to and around America: the crowded weeks in steerage, the cross-country train journey. Filled with sharp-eyed observations, it brilliantly conveys Stevenson's perceptions of America and the Americans. Together, these writings reveal as much about the traveler as the places he travels to.

North Korea is like no other tyranny on earth. It is Orwell’s 1984 made reality.

The regime controls the flow of information to its citizens, pouring relentless propaganda through omnipresent loud speakers. Free speech is an illusion: one word out of line and the gulag awaits. State spies are everywhere, ready to punish disloyalty and the slightest sign of discontent.

You must bow to Kim Il Sung, the Eternal Leader and to his son, Generalissimo Kim Jong Il. Worship the dead and then hail the living, the Supreme Leader Kim Jong Un.

North Koreans are told their home is the greatest nation on earth. Big Brother is always watching.

Posing as a university professor, award-winning BBC journalist John Sweeney travelled undercover to gain unprecedented access to the world’s most secret state. Drawing on his own experiences and his extensive interviews with defectors and other key witnesses, North Korea Undercover pulls back the curtain, providing a rare insight into life there today, examining the country’s troubled history and addressing important questions about its uncertain future.

Sweeney’s highly engaging, authoritative account illuminates the dark side of the Hermit Kingdom and challenges the West’s perception of this paranoid nationalist state.

Filmproducent Ton van der Lee besluit het Westen de rug toe te keren. Hij is moe van zijn jachtige bestaan en verkoopt zijn succesvolle bedrijf. Hij vertrekt naar Afrika om een oude droom te verwezenlijken: de bouw van een huis in de woestijn.

Geïnspireerd door een tekening die Salvador Dali ooit voor hem maakte, begint hij aan een lange zwerftocht door de Sahara en West-Afrika. Uiteindelijk belandt hij in de diepe binnenlanden van Mali. In het legendarische Djenné, een stad van meer dan tweeduizend jaar oud, vindt hij de ideale plek voor zijn droomproject.

Aan de oever van een brede rivier begint hij onder leiding van een traditionele meestermetselaar, die nauw toeziet op de voorgeschreven rituelen en ceremonies, aan de bouw van zijn zandkasteel. Hij wordt verliefd op de dochter van een nomade, en reist door het gebied van de mysterieuze Dogon en de moerassen van de Niger naar Timboektoe om haar voor zich te winnen.

Na twee jaar is de bouw voltooid, en neemt hij zijn intrek in het zandkasteel. De herinnering aan Nederland vervaagt, maar tegelijkertijd begint hij zich af te vragen of hij op den duur wel in Afrika kan blijven. Misschien is zijn droom niet meer dan een illusie.

"Andere volken zien mij niet als superieur en willen niet worden zoals ik. Deze aardverschuiving in mijn wereldbeeld besloot ik centraal te zetten in Een goede man slaat soms zijn vrouw. Daarom ook koos ik de titel; een meisje dat zegt dat een kerel die nooit de handen laat wapperen, geen geloofwaardige huwelijkskandidaat is… Verder van mijn westerse mens- en wereldbeeld kon ik niet komen."

Lang voordat immigratie van moslims in Nederland een hot issue werd, probeerde Joris Luyendijk het omgekeerde: integreren in een islamitisch land. Hij schreef zich in aan de Universiteit van Caïro en leefde een jaar lang tussen Egyptische leeftijdgenoten. Luyendijk sprak met hen over liefde, islam, het Westen, seks, democratie, homo’s, joden, fundamentalisme, emancipatie en de zin van het bestaan.

Schrijver en acteur (Soldaat van Oranje, Zwartboek) Dolf de Vries reisde met zijn vrouw en 16-jarige zoon door China. Ze reisden per trein, boot, fiets en bus, met niets dan een rugzak en zonder een woord Chinees te spreken. In China neemt hij u mee naar dit adembenemende land. Hij verhaalt over de machtige steden Peking en Shanghai, de Muur en het Terracotta leger in Xian en de sawa’s bij Yangshuo. Argeloos, nieuwsgierig en bescheiden maakt hij kennis met de mensen, hun cultuur en hun geschiedenis.

Scandinavië is in opkomst. Iedereen leest Scandinavische misdaadliteratuur, koopt zijn inrichting bij IKEA en is in de ban van Borgen en The Killing. Maar hoe is het echte leven in het Noorden? Zijn Scandinaviërs werkelijk het gelukkigste volk op aarde? Hoe overleven ze de donkere dagen? En wat is de keerzijde van al die rijkdom, emancipatie, natuurschoon en veiligheid?

Stine Jensen, die zelf op jonge leeftijd is geëmigreerd uit Denemarken, reist voor de tv-serie Licht op het Noorden door Denemarken, Noorwegen, Zweden en Finland. Aan de hand van gesprekken met familie, vrienden en deskundigen analyseert ze het beeld dat wij hebben van onze noorderburen en geeft ze een inkijkje in hun leven. Is Scandinavië daadwerkelijk het paradijs op aarde?

"Na drieënhalf uur lopen zagen we Mikalati liggen. Op de heuvelflank stonden honderden koeien met gewelfde hoorns; daartussen liepen mannen met hoeden en stokken heen en weer, keurend, prijzend. Uit het dal steeg een zacht gegons op, dat sterker werd naarmate we, laverend tussen de koeien, dichterbij kwamen. In de gekleurde vlek in de diepte tekenden zich strooien afdaken af. Daartussen krioelde het van pratende, lachende, gebarende marktgangers. Zodra ze ons in de gaten kregen, stootten ze elkaar aan en algauw draaide de menigte zich als één man onze kant op."

Bij Uvira, een provinciestadje in Oost-Congo, rijst een bergwand op waarachter de hoogvlaktes liggen, een onherbergzame streek zonder wegen of elektriciteit die door de Belgen nauwelijks gekoloniseerd werd. Het is een gebied zoals er in Afrika zovele zijn: een mengeling van militarisme, bijgeloof en profetieën regeert het dagelijks leven. De kolonel die er de scepter zwaait, wijst Lieve Joris een gids toe. Ze trekken van markt naar markt, logeren in hutten bij lokale priesters en onderwijzers. Het landschap lijkt gedompeld in een Bijbelse rust, maar naarmate ze verder reizen, begint de macht van de kolonel te tanen en wordt de gids onzekerder.

’s Nachts bezweert de bevolking haar angst voor oorlog met opzwepende kerkdiensten. Lieve Joris’ reis door Congo begon ooit in het uiterste westen van het land, waar haar heeroom missionaris was. De hoogvlaktes in het oosten zijn als de laatste hindernis die ze moet nemen. In dit oude landschap komen herinneringen aan het dorp van haar jeugd met grote kracht naar boven.

In Emo's reis volgt prof.dr. Dick E.H. de Boer de tocht die de Fries-Groningse abt Emo tussen november 1211 en juli 1212 naar Rome maakte. Op basis van de Kroniek van het klooster Bloemhof en met gebruik van talrijke historische documenten schetst hij van dag tot dag een beeld van het landschap en de samenleving in het Europa van het begin van de dertiende eeuw, gezien door de ogen van Emo én door die van een moderne reiziger. Meer dan 800 afbeeldingen en teksten, van troubadoursliederen tot kronieken, openen vensters op de fascinerende wereld van 800 jaar geleden. Aan de hand van schematische kaarten loopt Emo's route als een rode draad door het boek.

Jan Boersema doet in Beelden van Paaseiland alles uit de doeken over het meest afgelegen bewoonde plekje op aarde: Paaseiland. Hoe Polynesische kolonisten het tien eeuwen geleden hebben kunnen bereiken is nog steeds een raadsel. Op dit kleine eiland – het is weinig groter dan Texel – hebben de bewoners een spectaculaire beeldencultuur tot stand gebracht. Maar tegen welke prijs? Toen onze landgenoot Jacob Roggeveen het eiland op eerste paasdag 1722 als eerste Europeaan zag, bleek het eiland geheel ontbost. Ook de cultuur leek op haar retour. Was er een verband? Jared Diamond en vele andere wetenschappers vonden van wel. Paaseiland groeide uit tot de icoon van de milieugeschiedenis. Hét voorbeeld van een maatschappelijke collaps door verkeerd gebruik van natuurlijke hulpbronnen, en een grimmige waarschuwing voor de hele aarde. In dit boek wordt deze gangbare opvatting tegen het licht gehouden en na grondige analyse van het meest recente feitenmateriaal verworpen.

In het vroege voorjaar vertrekken Thecla en Benno Graas vanaf de zuidpunt van Afrika, op een oude motor met aanhanger, voor een toch naar het noorden. Al in het begin van hun gewaagde reis ontmoeten ze bij toeval een helderziende man die hun hele geschieenis lijkt te kennen, shockerende voorspellingen doet en advies geeft over plaatsen waar hun een groot gevaar te wachten staat. Met open geest trekken ze verder en al snel raken de voorspellingen in vergetelheid. Tot het moment waarop zich een dramatische gebeurtenis voordoet. Het geeft het 43,000 kilometer lange motoravontuur een wending, waarin de geest van Afrika hun meevoert in een stroom van toevalligheden die hun kris kras door het continent laat sturen. Hun eenvoudige manier van reizen en kamperen in de wildernis, bezorgt hun onder andere huiveringwekkende confrontaties met dieren, worstelingen met het intrigerende hoogland van Ethiopie en indringende ervaringen in de desolate woestijnen van Sudan.

De lach van Afrika met zijn ondraagelijke schoonheid opent hun bewustzijn voor een andere kijk op de werkelijkheid, waarin tijd en afstand lijken op te lossen, gedachten gebeurtenissen beinvloeden, en het denken, aantrekt waar het op dat moment het meest door bezeten is. Het wordt een gevecht tussen ratio en ervaring. Na vele grappige en ontroerende momenten weten ze uiteindelijk thuis te komen en zien dat zich een inwendige reis heeft voltrokken, over een afstand die verder ging dan Afrika. Een reis van het hoofd naar het hart.

Dit boek is door de Reisboekhandels uitgeroepen tot beste reisverhaal 2009 !!

Reis met een ezel is het verslag van de twaalfdaagse, bijna tweehonderd kilometer lange reis die Robert Louis Stevenson in 1879 maakte door de ruige en nauwelijks bewoonde Franse Cevennen. Met zijn beschrijving van de koppige en eigengereide ezel Modestine schiep de man die later bekend zou worden met onder meer Dr. Jekyll & Mr. Hyde en Schateiland onbedoeld een van de meest markante karakters uit de reisliteratuur. De afkeer die de onmachtige Stevenson aanvankelijk van Modestine geeft, verandert gaandeweg in een vertederende genegenheid.

Een van de klassiekers uit de rijke Engelse reisliteratuur.

Wat doet een voormalig stadsdichter van Antwerpen in de Tanzaniaanse wildernis? Die vraag heeft Ramsey Nasr zichzelf ook meermaals gesteld tijdens zijn expeditie. Hij had altijd een passie voor de natuur - vanuit zijn huiskamer. Een professor en een horde biologiestudenten sleurden hem uit zijn bakstenen biotoop en namen hem op sleeptouw naar Tanzania. Ooit wilde hij Darwin worden. Nu, in de ongerepte natuur, is hij nog altijd
gefascineerd door de contrasten en overeenkomsten tussen mens en dier, maar ook tussen biologen en kunstenaars. ‘Biologen zijn onnozelaars. Wat dat betreft lijken ze op kunstenaars, met dit verschil dat biologen werelden weten op te roepen waarvan ik alleen zou kunnen dromen.’ Met zijn messcherpe observaties en kleurrijke bewoordingen maakt Nasr in dit eigenzinnige dagboek cultuur van natuur en begint hij zich af te vragen of het onderscheid tussen die twee eigenlijk wel bestaat.

Timboektoe is het eind van de wereld in stripverhalen, en de Toeareg die er wonen oefenen al eeuwenlang een grote aantrekkingskracht uit op westerlingen. Met minimale middelen overleven ze in de Sahara, heldhaftig vochten ze tegen de koloniale bezetting. Volkswagen vernoemde een auto naar hen.Maar de wereld verandert; sommige Toeareg knoopten banden aan met Al-Qaida, ze voerden de sharia in; hakten handen van dieven af, vernielden eeuwenoude mausolea. Alleen door militair ingrijpen werd erger voorkomen op dit ogenblik helpen ook Nederlandse militairen er de vrede te herstellen. Van nobele wilden tot puriteinse opportunisten: wat is er gebeurd? Gerbert van der Aa gaat op onderzoek uit. Tijdens zijn eerste bezoek aan Mali werd hij beroofd en gegijzeld. Het belette hem niet vele malen terug te keren.

In Weg van de wereld neemt Marica van der Meer de lezer achterop haar fiets mee van Nederland naar Australië. Verschillende vrienden fietsen stukken met haar mee. Vooral in een land als Iran lijkt het verstandig een man aan haar zijde te hebben, maar de gastvrije Iraniërs laten veel vooroordelen als sneeuw voor de zon smelten. In Turkmenistan daarentegen krijgt ze samen met haar fietsvriend Norbert de schrik van haar leven. Aan China lijkt geen einde te komen, in drie maanden doorkruist ze dit land in haar eentje. Na 1700 kilometer rechtdoor over dezelfde weg in de woestijn en vijf weken zonder zich verstaanbaar te kunnen maken, komt ze zichzelf behoorlijk tegen. In Myanmar wordt ze constant achtervolgd door mannen op brommertjes. Levendig omschrijft ze haar waarnemingen op het gebied van cultuurverschillen, problemen onderweg en ontmoetingen met de lokale bevolking. Haar eindbestemming is het verjaardagsfeestje van haar vriendin Maria in Adelaide.

IIn Zijdezacht zand volgt Sandra Bakker samen met haar partner de oude paden van de legendarische zijderoute door Centraal-Azie. Een reis die begon in Oekraïne, een land dat heen en weer wordt geslingerd tussen pro-Westerse en Russische sentimenten. Met humor en oog voor detail beschrijft ze de vele bijzondere ontmoetingen onderweg. Een door tijd geïnspireerde kunstenaar, Oezbeekse buikdanseressen, een voormalig KGB-agent, onwillige douanebeambten, corrupte militia, Kirgizische geitenhoeders en tientallen andere bijzondere mensen kruisen hun pad. Samen met een beschrijving van de historische feiten en de gevolgen van de val van het communisme, gunnen de auteur en haar metgezel de lezer een blik in dit fascinerende en weinig bezochte werelddeel.

Door haar contact met de plaatselijke bevolking schetst Sandra Bakker echter ook een indringend beeld van een overwegend islamitische regio die na het uiteenvallen van de Sovjetunie de gevolgen van 11 september 2001 het hoofd moet bieden.

Daarnaast vertelt de auteur over de wonderlijke plaatsen die zij bezoekt tijdens haar tocht. Zij reist onder andere naar Kiev en de Krim, het betoverende Registan-plein in Oezbekistan, ze trekt te paard door de Kazachse natuur en overnacht in de joerten aan het Song-kul meer in Kirgizië, waar schapenschedel met inhoud op het menu staat. Na vijf maanden eindigt de reis in de dorre woestijnen van westelijk China.

Een interview met Sandra Bakker over Zijdezacht zand werd uitgezonden in het programma 'Wat nu?' van Avro Radio 1 op donderdag 31 juli 2008. Het programma maakte onderdeel uit van de themaweken die gewijd zijn aan de zijderoute. Daarnaast heeft zij de afgelopen jaren diverse lezingen gegeven over haar reis, onder andere tijdens de tentoonstelling Verborgen Afghanistan in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. Tevens heeft zij in het verleden reisverhalen gepubliceerd in het reisblad Voyager en is een van haar verhalen opgenomen in de bundel De beste reisverhalen van 2002, bijeengebracht door literair journalist Rudi Wester.

Dit is het tweede reisverhaal van Sandra Bakker. In Khap Djaai schreef zij over haar reis per openbaar vervoer door het hart van Rusland naar China en Zuid-Oost Azie.

Nederlandse Bibliotheekdienst over Khap Djaai:

Het boek leest als een trein en is vol humor, maar het leukste is dat de lezer meereist en het gevoel heeft de volkeren en gebieden ook te zien en meer te leren over al die andere culturen. Beter dan in reisgidsen komen de hebbelijkheden en uitstraling van de mensen aan bod en de bezochte bezienswaardigheden worden uitgebreider en met meer persoonlijke impressies beschreven. Nuttig, want niet velen zullen de moed hebben tot eenzelfde reis.

Het eerste reisverhaal over Kazachstan: vlot geschreven en interessant voor iedereen die dit land gaat bezoeken.

Borat has got it all wrong. Kazakhstan is far more interesting and entertaining than he'd have us believe. In fact it's probably the most surprising country on earth, and certainly one of the most tolerant.The only thing most people know about Kazakhstan is that it is homeland to Borat - and he isn't even real. Actually this vast place - the last unknown inhabited country in the world - is far more surprising and entertaining. For one thing, it is as varied as Europe, combining stupendous wealth, grinding poverty, exotic traditions and a mad dash for modernity.Crisscrossing a vanished land, Christopher Robbins finds Eminem by a shrinking Aral Sea, goes eagle-hunting, visits the scene of Dostoyevsky's doomed first love, takes up residence beside one-time neighbour Leon Trotsky and visits some of the most beautiful, unspoilt places on earth.

In dit boek beschrijft Arita Baaijens haar eerste woestijnreizen, waarbij ze op zoek ging naar oude karavaanwegen en resten van vergeten beschavingen, haar wanhoop als ze dagen achtereen geen water kan vinden, de vermoeiende lange dagmarsen en de soms verstikkende eenzaamheid. Maar bovenal is dit boek een liefdesverklaring aan haar kamelen en aan de ongrijpbare schoonheid van de woestijn.

Al eeuwenlang is de mens gefascineerd door de woestijn. Dit wrede land betovert als geen ander en trekt telkens weer reizigers. Ook Arita Baaijens raakte in de ban van de woestijn. Ze gaf haar baan op, kocht kamelen en leerde in de woestijn te overleven. In Een regen van eeuwig vuur beschrijft ze haar ervaringen tijdens haar eerste reizen, waarbij zij op zoek ging naar restanten uit vroegere beschavingen. Ze beschrijft haar wanhoop als ze dagenlang niet weet waar ze is of geen water kan vinden, de vermoeiende lange dagmarsen en de soms verstikkende eenzaamheid. Maar bovenal is dit een boek over haar grote liefde voor de kamelen en de passie voor de ongrijpbare schoonheid van de woestijn.

Zelfverzekerd en geestig verslag van een 6-maands verblijf in Chili. Een neus voor het onverwachte, informatief op geografisch, politiek en historisch vlak en de vermakelijke schrijfstijl maken er een zeer onderhoudend boek van. (Engelstalig)

De Graanrepubliek is het verhaal van de twintigste eeuw, gesitueerd in het grimmigste stukje Nederland. In het voetspoor van de machtige landbouwhervormer Sicco Mansholt reist de lezer mee van de executieverkoop van de hoeve Torum in 1922 via het verzet in de Wieringermeer naar het naoorlogse Brussel en Berlijn, om weer uit te komen bij de kleidorpen achter de Waddendijk.

Jaren later keert Frank Westerman terug naar het decor van zijn moderne klassieker. Hij pakt de draad op bij het apocalyptische einde: de onderwaterzetting van een van de rijkste landbouwgebieden van Europa. In deze editie, uitgebreid met het hoofdstuk ‘De blauwe revolutie’, nemen de verhaallijnen uit de twintigste eeuw een actuele, dramatische wending.

De graanrepubliek is een moderne klassieker, urgenter dan ooit. Wat beweegt de boer? Waar liggen de wortels van zijn trots? Als geen ander geeft Frank Westerman een actueel inzicht in het onbehagen van stad en ommelanden.

Deze bekroonde en al vijfendertig keer herdrukte plattelandskroniek vertelt het verhaal van de twintigste eeuw, gesitueerd in het grimmigste stukje Nederland. In het voetspoor van de grote landbouwhervormer en Europeaan Sicco Mansholt reist de lezer mee van de executieverkoop van de hoeve Torum in 1922 via het verzet in de Wieringermeer naar het naoorlogse Brussel en Berlijn, om weer uit te komen bij de kleidorpen achter de Waddendijk.

In 2007 pakte de auteur de draad al eens opnieuw op bij het apocalyptische einde in een extra hoofdstuk over de onderwaterzetting van een van de rijkste akkerbouwgebieden van Europa. Speciaal voor deze vermeerderde jubileumeditie – De graanrepubliek bestaat vijfentwintig jaar – keert hij terug naar het decor van deze must-read. Hoe is het de hoofdrolspelers sindsdien vergaan en voor welke nieuwe uitdagingen zien zij zich geplaatst?

Frank Westerman (1964) is auteur vanmeervoudige bekroonde titels alsIngenieurs van de Ziel en El Negro en ik (GoudenUil 2005), en het recentelijk verschenen Ararat. Eerder werkte hij als correspondentin Belgrado en Moskou. Zijn literairewerk verschijnt momenteel in een tientaltalen. De oorspronkelijke uitgave van De graanrepubliek (1999) werd genomineerdvoor zowel de Generale Bank Literatuurprijsals de Gouden Uil en is bekroond metde Dr. Lou de Jongprijs voor eigentijdsegeschiedschrijving. Er zijn ruim 75 000exemplaren van verkocht.

Ted Simon is the author of the classic travel book JUPITER'S TRAVELS. It documents his four-year journey round the world by motorbike, travelling through Europe, Africa, South and North America, and Asia. A number one bestseller in the late 1970s, it is still regarded as one of the greatest motorcycle books - indeed, one of the greatest travel books - ever written. In 2001, at the age of 69, Ted Simon decided to retrace his journey, and DREAMING OF JUPITER is the result. It took him two and a half years - during which time he revisited all the countries he had travelled through in the 1970s. He found much had changed, and he reflects upon the increased poverty, political upheavals, environmental issues and indeed the changes in himself. But ultimately, DREAMING OF JUPITER is a hugely inspiring read with a positive message at its heart - that even at the age of 70 you can still set off on an adventure, and be surprised and excited by what life throws at you along the way.

*'Gloriously luminescent, but always self-deprecating. Simon's physical powers are diminishing, but his writing just gets better. The wonderful portraits of the people he encounters, often redolent of Bruce Chatwin, are sometimes so enticing that, were this a movie, you'd swear they were a plant for later on' OBSERVER *'This book has barely left my side in the past few days. It is, by turns, sad, funny and immensely uplifting' TELEGRAPH 'A trip of dreams - and Ted Simon has done it twice ... a terrific read' RTE GUIDE 'He was on the road for three years, and his new book, Dreaming of Jupiter, is a compelling account of the adventures en route, including breaking a leg in the middle of a vast plain in Ethiopia; a reunion with a camel rider he'd met 25 years before in Egypt; and crossing India and Thailand with Malu, 62, a former girlfriend, riding pillion' SAGA MAGAZINE 'A sharply-written read of incisive observations ... this book is as much about where the boundaries of age and ambitions collide as it is about the 48 countries Simon travelled through' IRISH TIMES 'His prose is crisp and his thumbnail portraits vivid' SUNDAY BUSINESS POST 'For anyone who still dreams of zooming across continents, sleeping under stars, discovering beautiful empty beaches and being warmly welcomed by local tribes' TIMES 'His encounters are evocatively observed, frequently poignant and occasionally very funny' TLS 'Simon's immaculate, knowing and unabashedly humble prose makes me wish I was a better writer, so much so that this book has barely left my side in the past few days. It is, by turns, sad, funny and immensely uplifting' TELEGRAPH

Mooi verslag van een reis in het echte Sicilie: over kunst, eten, geschiedenis, reizen natuurijk de Casa Nostra. Dit boek spreekt zeer tot de verbeelding, zeker als je rondreist. (Engels)

Peter Robb's journey into the dark heart of Sicily uses history, painting, literature and food to shed light on southern Italy's legacy of political corruption and violent crime. Taking the trial of seven-times Prime Minister, Giulio Andreotti, for alleged Mafia involvement as its starting point, Midnight in Sicily combines a searching investigation with an exuberant, sensual appreciation of this beautiful and bewildering island.

Recensie(s)

One of the greatest charms of Robb's book is his evident delight in southern Italy, particularly its food, which is recorded with such intensity of memory that one can almost taste it... As an introduction to post-war Italy, to the country as well as its politics, it can have few equals -- Caroline Moorehead Times Literary Supplement Robb writes brilliantly about the cycle of violence in southern Italy. This unclassifiable book melds politics, the mafia, travel, autobiography and serious cooking -- Andrew Taylor Independent I love this book. It left me in a sweet and sour mood of exultation, grief, despair and hope which lasted for many days -- Peter Goldsworthy Australian Review of Books One of the finest books on the Italian south. [Peter Robb's] analysis is as riveting in its commentary on modern Sicilian life as The Leopard was to an earlier generation The Economist Peter Robb manages to celebrate the literature, art, manners and food of an entire region. His book is a masterpiece of elegant, sceptical enquiry and a pleasure to read -- Ian Thomson Evening Standard

Op verzoek van veel eilandgangers en liefhebbers van de Wadden is nu de vijfde druk verschenen van deze succesvolle uitgave uit 2005. Natuurlijk is er in de afgelopen tijd wel het een en ander veranderd - een restaurant heeft een andere naam gekregen, een veerboot is vervangen, een simpel duinhuisje heeft plaatsgemaakt voor een villa en er zijn weer monniken op Schiermonnikoog. Maar de essentie van dit verhalenboek, dat een ode is aan het romantische eilandgevoel, is echter volledig bewaard gebleven.

'Nog steeds gaat er geen jaar voorbij of ik ga scheep naar de kroon van Nederland', zegt schrijver Gerrit Jan Zwier. 'Het noordelijk gevoel begint voor mij in het Waddengebied. Mijn eigen bijdrage aan dit boek voor Waddenvrienden bestaat uit een mengeling van herinneringen, impressies en verhalen. Maar ik laat ook anderen aan het woord. In de loop der tijden heeft menigeen zijn licht over de eilanden laten schijnen, verhalen die dikwijls begraven liggen in vergeelde tijdschriften en vergeten memoires. Het ging mij vooral om de gloedvolle, mooi opgeschreven ontboezemingen van natuurminnaars en bewonderaars van de eilander cultuur, een ware staalkaart van romantisch proza. Het lijkt vaak of de Wadden het beste in de schrijvers naar boven halen.'

De stukken in Mijn Wadden reiken elkaar onderling de hand. Onderwerpen of personen die in het ene verhaal slechts zijdelings worden genoemd, treden in het volgende juist op de voorgrond. Zo voegen alle verhalen zich aaneen tot een raamvertelling over Nederlands noordelijke eilandenrijk.'

'Een juweel van vertelkunst.' - NRC 'Een heerlijk boek.' - Seasons 'Een liefdesverklaring in veelvoud.' - Trouw

'Een literaire liefdesverklaring, vastgelegd in een groot scala aan onderwerpen die op een verrassende manier in beeld worden gebracht.'

Toen het schip de Beagle op 27 december 1831 de haven van Davenport verliet, begon Charles Darwin op tweeëntwintigjarige leeftijd aan de reis die de loop van zijn leven zou gaan bepalen. Tijdens de vijf jaar durende tocht veranderde hij van een tamelijk willoze jongeman in een bevlogen wetenschapper. Zijn observaties verschaften hem de baanbrekende inzichten die later tot de evolutietheorie leidden, en tot het destijds zeer omstreden Het ontstaan der soorten.

In Nieuw-Zeeland neemt schrijver en acteur (Soldaat van Oranje, Zwartboek) Dolf de Vries u mee naar dit veelzijdige land. Hij verhaalt over de Cook Eilanden en Samoa; over de levende, ontembare natuur; en over de steden Auckland, Wellington en Christchurch. Argeloos, nieuwsgierig en bescheiden maakt hij kennis met de mensen, hun cultuur en hun geschiedenis. Dit boek is een feest voor wie dit land wil bezoeken, wie er al eens is geweest en wie gewoon thuis iets te weten wil komen over Nieuw-Zeeland.

Avonturen en anekdotes, impressies en informatie, plezier en problemen. Kleurrijke verslagen bieden een schat aan informatie en wetenswaardigheden, die vaak niet in de reisgidsen staat, over dit prachtige Andesland.

De schrijfster woonde bijna tien jaar in de oude Incahoofdstad Cusco en werkte als reisbegeleidster in met name Per, maar ook de omringende landen. Daarnaast ging ze te voet op ontdekkingsreis in de Bergen en organiseerde ze dezelfde tochten ook voor andere toeristen. Via een bevriend Nederlands stel raakte ze betrokken bij een uniek en succesvol project om de mensen in de armste gebieden kansen te geven, vooral door verbetering van het onderwijs.

Het boekje is uitermate geschikt als bron van informatie voor iedereen die het land wil bezoeken, kan dienen als basis voor het werk als reisbegeleider en geeft de thuisblijver met interesse in het land het gevoel er t geweest te zijn.

Auteur:

Dineke Veerman (Zwolle, 1958) werkte na haar studie in Groningen als lerares lichamelijke opvoeding en wiskunde totdat ze op van haar reizen gegrepen werd door Peru. Baan en huis warden opgezegd en bijna tien jaar werkt ze als reisbegeleidster in Peru en omringende landen. Haar woonplaats was intussen Cusco in Peru, van waaruit ze veel aan de wandel ging en prachtige plekken ontdekte.

Sport, presteren, afzien. Het blijft een onuitroeibaar misverstand, vind ik. De fiets is nu juist een luxe vervoermiddel, het vervijfvoudigt je inspanning, gratis, een perfect apparaat om ontspannen buiten te zijn, de natuur te bewonderen, de wereld te bekijken. Waarom het gebruiken om je eigen lichaam te kwellen?’
Peter Delpeut reist graag door de woestijn. Op de fiets. Die twee blijken slecht samen te gaan. Het is alleen de allersterksten gegeven dwars door de Sahara te fietsen. Daarom gaat Delpeut niet verder dan de randen van de woestijn. Daar valt voldoende te beleven, merkt hij: zandstormen geselen zijn gezicht, pistes zetten hem op het verkeerde spoor, fietswielen lopen vast in het rulle zand. Delpeut fietst met zijn levensgezellin Céline, met wie hij eerder Amerika doorkruiste, in de Kalahariwoestijn in Namibië, de Sinaïwoestijn in Egypte en de Marokkaanse Sahara. Op zoek naar de gelukzalige eenzaamheid van het weidse landschap, de legendarische gastvrijheid van de bedoeïenen en de geheimen van het stuivende zand. In de woestijn fiets je niet, dat is de les die Delpeut leert. Maar met de legendarische reisverslagen van T.E. Lawrence, Wilfred Thesiger en Ralph A. Bagnold in zijn bagage valt er voldoende te dromen.

Prachtige beschrijving van een avontuurlijke solo wandeling door Afrika, van de Skeleton Kust naar de Indische Oceaan.

Inspired by the legendary crossings of the great explorers, Fran Sandham left behind the daily grind of London to undertake an extraordinary adventure. "Traversa" is the funny and engaging story of his epic 3,000-mile solo walk across an entire continent, from Namibia's Skeleton Coast to the Indian Ocean near Zanzibar...

Traversa is a fascinating account of the hardships and hilarity Fran Sandham experienced during his epic solo journey on foot across Africa, from the Skeleton Coast to the Indian Ocean through Namibia, Zambia, Malawi and Tanzania. Inspired by the legendary crossings of the great explorers, Sandham left the daily grind of London to undertake an extraordinary adventure. Traversa describes his brushes with danger in the form of lions and snakes, land mines and bandits, his 2-month battle with a syphilitic donkey, malaria and the everyday troubles that arise when walking across Africa. Underpinned with stories of the great explorers themselves - Livingstone, Stanley and Galton among others - Traversa is the written proof of Sandham's grit, determination and sheer obsession with the continent of Africa.

Hilarisch verslag van een reis en ontdekkingstocht door Ierland door middel van het bezoeken van ongeveer alle pubs die de naam van de schrijver dragen. (En dat zijn er aardig wat).

Never Pass a Bar That Has Your Name On It, says the eighth rule of travel; a very rewarding rule if your name is McCarthy and you're traveling through Ireland. As he meanders from Cork to Donegal, Pete encounters many McCarthy's bars in which he explores his confused Irish-Anglo identity with colourful, friendly and funny people, before pleading to be let out at four o'clock in the morning. Written by someone who is both insider and outsider, McCarthy's Bar is a vivid and affectionate portrait of a rapidly changing country.

The dream is near completion. Anna is loosening the reins on her London PR company to spend more time in Mallorca with her family, cattery, chickens and goats, and insists their menagerie will only be complete with not one donkey, but two. She attempts almond harvesting in the countryside amid summertime ant and wasp infestations in the finca, and attends a traditional wedding and the spectacular Sant Juan horse festival in Menorca. Meanwhile, she befriends an elderly poet whose love letters to his fiance during the Spanish Civil War waft into her field, unveiling a poignant story of bravery and sacrifice. Brimming with humorous and loveable characters, "Donkeys on my Doorstep" is a charming take on the simple and rewarding life of rural Mallorca.

Oekraine en Georgie in een rugzak - Met hun campertje, maar ook logerend in pensions en bij de lokale bevolking thuis, reist acteur en schrijver Dolf de Vries met zijn vrouw Lout door Oekraïne en Georgië. ‘Welcome, me no English,' zegt Ira. Hoewel de auteur zinnen van deze strekking steeds tegenkomt, blijkt het taalprobleem voor mensenmens Dolf de Vries geen belemmering om inzicht te krijgen in het leven in deze twee ‘nieuwe' landen. Dolf verhaalt over de indrukwekkende natuur, de prachtige iconen, de veerkracht en toekomstvisie van de bevolking, hun warme gastvrijheid en hunkering naar het Westen, maar ook over trieste musea met vergane glorie en routineverhaaltjes afstekende gidsen, bouwputten, afval in de berm, en bijna onmogelijk te berijden wegen.
Het boek is een feest voor wie deze landen wil bezoeken, wie er al eens is geweest en wie gewoon thuis iets te weten wil komen over deze twee voormalige Sovjetrepublieken.

Nepal. De Himalaya. Mount Everest. Kathmandu. Namen die een exotische droomwereld oproepen. Maar beantwoordt dat beeld aan de werkelijkheid? Nick Meynen bond de bergschoenen aan om op zoek te gaan naar het Nepal dat niet in de brochures en de reisgidsen staat. Ongeveer 2500 wandelkilometers later bundelde hij zijn ervaringen en indrukken in dit journalistieke reisverhaal. Voortdurend koppelt hij het relaas van een lange trektocht doorheen het geïsoleerde westen van Nepal aan de bredere Nepalese en globale context. Zijn fascinatie voor de verbanden tussen de leefwereld van de Nepalezen en onze wereld mondt uit in een verrassende kijk op onderwerpen die uiteenlopen van missionarissen tot machinegeweren en van milieurampen tot maoïsten. Het leven in de uithoek van de wereld blijkt allesbehalve immuun voor beslissingen die in onze parlementen, huiskamers en hoofden genomen worden. De globalisering krijgt in dit verhaal een plaats, een naam en een gezicht. Laat je meevoeren naar een klein land ver weg dat in vele opzichten niet veel verder ligt dan de wijk om de hoek.

Compleet herziene heruitgave met nieuwe hoofdstukken over de hulp na de aardbeving en de opstand in het laagland.

Voor iedereen die deze beroemde tocht gemaakt heeft of wil maken
Duitsland heeft zijn eigen Paul de Leeuw: Hape Kerkeling. Het ligt niet voor de hand dat juist hij op pelgrimstocht gaat naar Santiago de Compostela. Het wordt de reis van zijn leven.
Entertainer Hape Kerkeling krijgt problemen met zijn gezondheid. Hij besluit om een pauze in te lassen. Hoewel hij zich ernstig afvraagt wat hij eigenlijk gaat doen, loopt hij 800 km in 6 weken. De tocht voert van de besneeuwde toppen van de Pyreneeën naar Santiago de Compostela, waar de apostel Jakobus begraven ligt. Het is al meer dan duizend jaar het doel van gelovigen uit de hele wereld.
Kerkeling kent eenzaamheid en stilte op zijn weg, wordt af en toe geplaagd door uitputting en grote twijfel, maar ondervindt ook gastvrijheid en vriendschap. Bovendien ervaart hij - ook tot zijn eigen verrassing - de nabijheid van God. Met humor en oog voor detail doet Kerkeling verslag van zijn reis, en van de reinigende kracht van wandelen.
Hape Kerkeling (1964) werkt sinds 1984 als entertainer, cabaretier en presentator voor de Duitse televisie. Voor zijn shows en series heeft hij verschillende prijzen gekregen. www.hapekerkeling.de
Boek en auteur van het jaar 2006 in Duitsland

Klassiek reisverhaal over Patagonia. Chatwin gaat op zoek naar een stukje huid van een dino die daar gevonden is. Ondertussen schets hij een prachtig beeld van het leven in deze desolate streek. (Engels)

Beautifully written and full of wonderful descriptions and intriguing tales, "In Patagonia" is an account of Bruce Chatwin's travels to a remote country in search of a strange beast and his encounters with the people whose fascinating stories delay him on the road.

Media-ondernemer en globetrotter Lex Harding ondernam een bijzondere reis met zijn zonen Rein en Rick. In een fourwheeldrive, tent op het dak, trokken de drie mannen dwars door donker Afrika.

De trip bracht hen van Alexandrië in Egypte naar Kaap l‘Agulhas, het zuidelijkste puntje van het kleurrijke en gecompliceerde Afrikaanse continent. Ze doorkruisten 14 landen en reden 20.287 km.

Over deze vier maanden durende roadtrip schreef Lex Harding een uniek en persoonlijk boek. Hierin beschrijft hij zijn bijzondere belevenissen in een immens continent dat corruptie, armoede, wreedheid en verdriet even makkelijk blootgeeft als cultuur, schoonheid, geur en kleur.

De reis van mijn leven is een opmerkelijk reisverslag van een vader die voor het eerst langdurig met zijn zonen optrekt, met vele details maar ook treffende filosofische gedachten. Voor Lex Harding werd het De reis van zijn leven.

De drie katernen met prachtige foto‘s zijn eveneens een mix van de adembenemende omgeving en persoonlijke momenten.

Dit boek is een reis vol bijzondere ervaringen, maar vooral ook een ode aan de band tussen een vader en zijn twee zonen.

Over de auteur(s):
Lex Harding (geboren op 16 april 1945 te Boskoop als Reinhard Lodewijk den Hengst is een van Nederlands meest succesvolle media-ondernemers. Na de middelbare school studeerde hij vier jaar aan Nijenrode. Lex Harding verwierf vooral bekendheid als diskjockey bij zeezender Radio Veronica en als mede-initiatiefnemer van Radio 538, TMF, Sky Radio en RTL-Véronique.

Vlak onder de miljoenenstad Mexico-City ligt de provincie Morelos met een deels Indiaanse bevolking, de Nahua. Zij stamen rechtstreeks af van de Azteken, wier beschaving rond 1520 door de Spaanse veroveraar Cort?s werd overweldigd. De Spanjaarden namen de vruchtbare gebieden in bezit en vermengden zich daar met de plaatselijke bewoners. Hun nazaten zijn de huidige Mexicanen. Veel Indianen vluchtten echter naar de woestijn en ontoegankelijke bergstreken. Daar behielden zij hun eigen cultuur en taal, het N?huatl, maar in de periferie van de huidige Mexicaanse samenleving zijn zij nog even arm en kansloos al voorheen.
Gwen van Gelder verbleef van 1997 tot 1003 grote delen van het haar in Cuentepec, een pur Nahuadorp. De bewoners noemde haar 'komare', een vreemdeling die geen kwaad doet, een opvallende uitzondering in hun lnage geschiedenis van uitbuiting en vernedering. In levendige impressies schetst Gwen haar persoonlijke ervaringen in het hedendaagse Mexico: de solidariteit onder ateliervrouwen, de humor en vindingrijkheid waarmee zij hun bestaan draaglijk maken, de kleurrijke feesten en de dood die altijd nabij is. Dit is het verhaal van een groeiende vriendschap tussen mensen uit verschillende culturen en van de hechte band van waardering en respect die alle verschilen overbrugt.

Cees Nooteboom

Nachttrein naar Mandalay bevat alle verhalen van Cees Nootebooms reizen door het continent Azië. Het zijn prachtige reportages, geschreven met een subliem oog voor detail. Hij volgt onder meer Slauerhoff naar Macau en de Poort van China. Vele malen reist hij naar Japan, na Spanje zijn grootste inspiratie. In Birma neemt hij de nachttrein naar Mandalay, in Iran dwaalt hij door de ruïnes van Persepolis, in Benares vaart hij over de Ganges langs de ghats waar de doden verbrand worden. ‘Ikzelf ben maar een vluchtige voorbijganger,’ zegt hij ergens in Kyoto, maar wat hij vastlegt over de plaatsen die hij bezoekt, verankert zich voorgoed in de geest van de lezer.

Reizend door Ethiopië ontrafelt Karin Anema wat het land zo anders maakt dan de rest van Afrika. Werd het immense continent verdeeld onder de koloniale machten, Ethiopië bleef een onafhankelijk keizerrijk met een sterke identiteit. Identiteit en ontheemding zijn centrale thema’s in Karin Anema’s ontmoetingen, zoals met Ethiopische joden. Ze reist naar de verste uithoeken, zoals Danakil en Gambela. Ze ervaart uitzonderlijke gastvrijheid, maar wordt ook geconfronteerd met wreedheden als kinderroof en vrouwenbesnijdenis. Naarmate haar contacten intenser worden, beseft Karin Anema steeds sterker, hoezeer die levens worden getekend door diepgewortelde politieke onvrijheid. Haar reis eindigt bij het onafhankelijke Afar-volk, waar in de leegte van de woestijn het 3,5 miljoen jaar oude fossiel van de mensachtige Lucy het geheugen van de mensheid symboliseert. Anema spoelt er de tijd terug, alsof ze Lucy net heeft ontmoet. Nog steeds wordt het nomadische leven van de Afar niet gehinderd door bezit. Hier is men aangewezen op onvoorwaardelijke kameraadschap en solidariteit.

Peter Boardman and Joe Tasker were at the cutting edge of mountaineering during the 1970s and early 1980s. Talented writers as well as climbers, they left two legacies. One was their great endeavour, their climbs on high peaks with bold, lightweight and innovative methods; the second and more lasting achievement was the books they wrote and left behind.

The Boardman Tasker Omnibus brings together four books in which the two men describe their remarkable climbs, expeditions and first ascents. The books have become mountaineering classics; incredibly popular and brilliantly written accounts that set the standard for mountaineering literature. Tasker's Everest the Cruel Way is the story of an attempt to climb the highest mountain on earth by a new route - a climb which proved too much for a group of Britain's finest mountaineers.

And in Savage Arena, Tasker vividly describes his participation in the first British winter ascent of the North Face of the Eiger, his first ascent of the West Wall of Changabang with Boardman and his attempts on K2 and Kangchenjunga. The Changabang ascent was described by Sir Chris Bonington as 'a preposterous plan. Still, if you do get up it, it'll be the hardest thing that's been done in the Himalayas.' Boardman's account of the climb - very different to Tasker's - is recounted in The Shining Mountain, whilst in Sacred Summits he combines the excitement of extreme climbing with acute observation of life in the mountains as he describes the remarkable ascents he made during one single climbing season.

The Boardman Tasker Prize for Mountain Literature was established in Pete and Joe's honour, and is presented annually to the author or co-authors of an original work which has made an outstanding contribution to mountain literature. For more information about the Boardman Tasker Prize, visit www.boardmantasker.com

De Eems is een raadselachtige getijdenstroom aan de rand van Nederland en Duitsland. Aafke Steenhuis, geboren aan de Eems, reisde langs de rivier, van de Noordzee-monding bij het Waddeneiland Borkum, naar de bron in het Teutoburgerwoud. In het noorden is de Eems grauw van het slib en wordt zij de gele rivier genoemd. In het zuiden gaat zij door voor de schoonste rivier van Duitsland. In het noorden verrijzen kolencentrales aan haar oevers, in het zuiden worden de oude meanders hersteld.
Alleen schippers, vissers en bewoners weten hoe mooi de Eems is. Aafke Steenhuis praat met zangers, havenbazen, vissers, historici, schrijvers, boeren, schilders en geologen en geeft een veekleurig en veelzijdig beeld van deze betoverende rivier.

Aafke Steenhuis (1946) is geboren in Delfzijl, en studeerde Nederlands en Spaans in Groningen. Ze verhuisde naar een dijkhuis in Amsterdam-Noord, maar bleef altijd een sterke verwantschap met Groningen voelen. Eerder verschenen van haar onder andere de bestsellers Stemmen van Groninger dijken (20.000 exemplaren verkocht) en Verhalen van het Groninger Ommeland.

De pers over Stemmen van Groninger dijken:
'Een impressie van de Groningse plattelandsbevolking en geschiedenis, prachtig en met veel liefde verwoord.' - NEDERLANDS DAGBLAD

'Steenhuis houdt van haar onderwerp - en dat merk je.' - DE GROENE AMSTERDAMMER

In Mijn Afrikaanse telefooncel komen Afrika, het Midden-Oosten en Oost-Europa - de drie gebieden die Lieve Joris de afgelopen dertig jaar bereisde - voor het eerst samen. Met liefde en mededogen beschrijft ze de mensen die ze ontmoet; ze duikt onder in hun levens en trekt de lezer mee naar binnen.

De Malinese Bina die haar tot beschermheilige van zijn telefooncel maakt, de Koerdische Ismaïl die Baudelaire leest in de binnenlanden van Syrië, de Hongaarse Szabolcs die in de ban raakt van een vergeten dorp aan de Tisza - dwars tegen de onverschilligheid van hun machthebbers in, vechten zij met flair voor hun bestaan.

'Jij hebt misschien veel in Afrika gereisd, maar wat ik je zal vertellen, dat heb je nog nooit gehoord. Geen man kan zoveel verdriet verdragen. Jij zal huilen, en je zal iedereen aan wie je het vertelt, aan het huilen brengen.' 

In Mali blues reist Lieve Joris van Senegal via Mauretanië naar Mali. De Afrikanen die ze onderweg ontmoet zijn overlevers, die beseffen dat ze niet langer op hun machthebbers hoeven te rekenen. Hoogtepunt in deze bundel - die bekroond werd met de driejaarlijkse Cultuurprijs van de Vlaamse gemeenschap en de Franse Prix de l'Astrolabe - is het levensverhaal van de Malinese zanger Boubacar Traoré (Kar Kar), die sindsdien internationaal furore maakte en uitgroeide tot het boegbeeld van de Afrikaanse blues.

Ethiopië: het land van de verbrande gezichten. Een land dat bekend staat als de geboorteplaats van de oudste mens op aarde: Lucy. Een land waar meer dan tachtig verschillenden bevolkingsgroepen wonen die allemaal hun eigen cultuur, gewoontes en tradities hebben. Ada Rosman-Kleinjan reisde samen met haar echtgenoot Jan Rosman af naar dit land in oost-Afrika. Reizen door Ethiopië is reizen door verschillende landen. Het Noorden met zijn unieke rotskerken waar priesters nog steeds diensten opdragen en de gelovigen hun geloof belijden. In januari wordt hier het belangrijkste christelijke festival gevierd: het Timkat festival. Met name in Gondar en Lalibela vieren de mensen dagenlang feest en dragen de mooiste kleren. Het Simien National Park waar schuwe luipaarden zich niet laten zien maar waar vriendelijk Gelada apen nieuwsgierig naar de mensen zijn, de apenmannen vol trots hun rode hart tonen en waar bijzondere vogels door de lucht zweven. Axum, dichtbij de grens met Eritrea, waar eindelijk de laatste zuil weer op zijn eigen plekje staat.

Het Zuiden waar in de Omo vallei de meest uiteenlopende mensen wonen en de reiziger het gevoel geven terug in de tijd te stappen. De Konso mensen met hun eeuwenoude manier van land bewerken. De vriendelijke Hamer mensen met hun heftige tradities, de Mursi waarbij met name de vrouwen door het dragen van schotellippen opvallen. Bena vrouwen die een kalebas als hoed dragen en waar de mannen zich in strakke rokjes steken en sierlijke speldjes in hun haar dragen.

Het Noorden werd op eigen houtje bereisd en door het Zuiden was Abel de chauffeur-gids die Ada Rosman-Kleinjan en Jan Rosman overal brachten waar zij graag naartoe wilden.Ethiopië: een prachtig land met een fascinerende en trotse bevolking.

Wat mag je verwachten van dit Wombat reisboek?

* 200 pagina’s telt dit reisboek/reisverslag

* 14 pagina’s met schitterende kleurenfoto’s zijn te bewonderen in dit reisboek/reisverslag

* een uitgebreide literatuurlijst tref je aan in dit reisboek/reisverslag

* een verklarende woordenlijst maken dit reisboek/reisverslag compleet

Gijs van Middelkoop en zijn vriendin Aimée gaan weer fietsen! Dwars door de Rocky Mountains deze keer, in Canada en de USA. Tijdens het eerste deel van hun reis moeten ze de weg nogal eens delen met hongerige beren. En dat zorgt voor de nodige complicaties.

Een jaar later vervolgen ze hun tocht, maar dan duiken er hele andere beren op. Het is zelfs zo erg, dat de fiets tijdelijk aan de kant moet worden gezet. En net wanneer de rust een beetje terugkeert, barst het natuurgeweld los. Dan moeten ze alsnog alle zeilen bijzetten, om te voorkomen dat deze reis in een nachtmerrie eindigt...

Gijs van Middelkoop is een begenadigd verteller, die zijn belevenissen op grootse wijze weet te verwoorden. Daarmee wordt Beren op de weg een spannend, onderhoudend en hilarisch boek.

Persoonlijk reisverslag van een Nederlandse journaliste naar de stad Liverpool in Groot-Brittannië.

Het was liefde op het eerste gezicht met Liverpool, toen Trix Broekmans daar eind augustus 2010 voet aan wal zette tijdens de Beatles Week. Ze had een sombere mistroostige stad verwacht, maar de geboorteplaats van The Beatles bleek spannend en springlevend. Ze vroeg een aantal inwoners van Liverpool haar rond te leiden in de wereld van de popmuziek, architectuur, mode, voetbal (de successen van Dirk Kuijt) en Luis Suarez, film, uitgaansleven en maritieme historie. Samen schetsen ze een portret van een unieke stad, met unieke inwoners. Uiteraard moest het boek Liverpool - a love story heten.

Trix Broekmans (Bergen op Zoom, 1948) is sinds 25 jaar freelance journalist. Voordien werkte ze bij het Rotterdams Nieuwsblad en Algemeen Dagblad. Ze publiceerde o.m. in NRC Handelsblad, Quote, Elle en de VPRO Gids. Ze is columniste van De Gelderlander. Eerder gepubliceerde boeken zijn onder meer Vrouw in rouw/De Merry Widow Club en Het boek van Hengelo (samen met Wim Wennekes).

Schrijver en acteur (Soldaat van Oranje, Zwartboek) Dolf de Vries neemt u in India mee naar dit immense, geheimzinnige land. Hij bezoekt de steden Delhi, Agra en Jaipur, en ook de nog weinig door toeristen bezochte provincie Ladakh. Maar om daar te komen moest hij wel over de hoogste berg ter wereld. In zijn geheel eigen, persoonlijke stijl – met vooral oog voor de mensen maar ook voor de geschiedenis en de cultuur – beschrijft hij zijn reis door dit fascinerende land.

Dit boek is een feest voor wie dit land wil bezoeken, wie er al eens is geweest en wie gewoon thuis iets te weten wil komen over India.

Paul Theroux reist vier maanden per trein door Azië. Hij doorkruist onder meer Turkije, Iran, Afghanistan, Pakistan, India, Sri Lanka, Thailand, Birma, Maleisië, Zuid-Vietnam en de Sovjet-Unie en neemt de ultrasnelle Japanse treinen, de Oriënt-Express en de Transsiberië-Express.

In zijn aanstekelijke stijl en met een scherp oog voor detail beschrijft Theroux de plaatsen en de mensen die hij onderweg tegenkomt - en daarbij spaart hij ook zichzelf niet. De grote spoorwegcarrousel verscheen voor het eerst in 1975 en is een moderne klassieker onder de reisboeken.

Samen met haar echtgenoot reist de auteur door Ghana. Een land met historische banden met Nederland. Eeuwen geleden zijn miljoenen Afrikanen als slaven verscheept, via één van de vele Hollandse slavenforten aan de kust, naar onder andere Amerika en Suriname. Cape Coast en Elmina zijn dé plekken waar deze forten goed te bezoeken zijn. Op het Hollandse kerkhof in Elmina zijn nog steeds de namen te lezen op de graven van de Hollanders die hun verblijf in de tropen niet hebben overleefd. Na een bezoek aan deze forten ging het richting het Kakum Park waar werd gewandeld over de toppen van de bomen. Grote touwbruggen zweven veertig meter boven de grond en geven de reiziger een unieke kijk op dit tropische regenwoud. Via Kumasi, het hart van het Ashanti rijk, werd een bezoek gebracht aan Hand in Hand (PCC) in Nkoranza. Een bijzonder project in Ghana waar kinderen met een verstandelijke beperking liefdevol worden verzorgd. In Boabeng-Fiema werden de heilige apen bezocht en met verbazing op het apenkerkhof rondgelopen. In het Mole Park werd genoten van de olifanten én het zwembad. De oude moddermoskee van Larabanga werd bewonderd en met de bus ging de reis verder naar het Noorden. Naar Tamale, Bolgatanga om te eindigen in Sirigu. Een dorpje bekend om zijn fraaie muurdecoraties en stoere vrouwen die voor hun eigen inkomen zorgen. Menig uurtje werd doorgebracht in trotro’s, wachtend op de juiste busverbinding en kijkend naar een wereld waar de dingen vaak zo anders verlopen dan in Nederland én soms weer zo herkenbaar zijn.

Michael Palin's portrait of Brazil, the exotic country that is now a global superpower. From unexplored wildernesses to bustling cities, from the super rich to the abjectly poor, Brazil is a country of dazzling extremes. Self-confessed travel addict Michael palin explores this vast and disparate nation, travelling by riverboat, on foot, and by floatplane deep into the Amazon, experiencing the modernity of Brasilia and the noise, dancing, and wall-to-wall urban art of Rio de Janeiro.

Schrijver en acteur (Soldaat van Oranje, Zwartboek) Dolf de Vries neemt u in Indonesië mee naar dit mysterieuze land. Hij begint in Jakarta en reist naar de groene regenwouden van Kalimantan (Borneo), naar het schitterende Masarang-gebergte van Sulawesi (Celebes) en naar kleinere Molukse eilanden. In zijn geheel eigen persoonlijke stijl Ð met vooral oog voor de mensen maar ook voor de geschiedenis en de cultuur beschrijft hij zijn reis over de grote en kleine eilanden van deze kleurrijke archipel. Dit boek is een feest voor wie dit land wil bezoeken, wie er al eens is geweest en wie gewoon thuis iets te weten wil komen over Indonesië. Van Indonesië zijn meer dan 10.000 exemplaren verkocht.

Diverse keren reisde de auteur door zuidelijk Afrika. In dit boek worden twee reizen beschreven waarbij Namibië centraal staat.

In het eerste deel werd er regelmatig gestopt voor overstekende olifanten. De rode duinen van de Sossusvlei werden bewonderd en in de steden Lüderitz en Swakopmund waanden zij zich in Duitsland. De reis ging helemaal naar Opuwo, Namibisch meest Afrikaanse stad. Op bezoek bij de traditioneel levende Himba en de San stapten zij terug in de tijd.

In het tweede deel, Diere op pad, zijn de indrukken verwerkt van een nieuwe reis die Ada en Jan door deze landen hebben gemaakt. Bekende plekken werden bezocht en nieuwe plekken werden ontdekt.

Ruim 16.000 kilometer werd er afgelegd tijdens deze reizen, waarvan duizenden kilometers op onverharde wegen. Beide reizen geven samen een goed beeld van wat de reiziger kan verwachten in dit deel van Afrika.

- 153 pagina's

- nieuwe kleurenfoto’s en bekende zwart-witfoto’s 

- duidelijke landkaart

- uitgebreide literatuurlijst

- handige websites

- leuke en lekkere recepten om op de benzinebrander creatief te kunnen koken

Een prachtig, vermakelijk en inspirerend verhaal over een man, een oude Spaanse boerderij met verborgen haken en ogen, een droom, een impuls en vervolgens een meeslepend avontuur, maar dan wel waargebeurd. De al te grappige belevenissen van de eerste drummer van Genesis die zichzelf opnieuw uitvindt in Spanje.

Over two decades ago we set up Sort of Books to help our friend, the some-time Genesis drummer Chris Stewart, bring his sunlit stories of life on a Spanish mountain farm to print. Ever the optimist, Chris hoped to earn enough money to buy a second-hand tractor for his farm. He got his tractor, as the book spent a year on the Sunday Times Top 10 charts and went on to sell a million and a half copies.

His story is a classic. A dreamer and an itinerant sheep shearer, he moves with his wife Ana to a mountain farm in Las Alpujarras, an oddball region in the south of Spain. Misadventures gleefully unfold as Chris discovers that the owner had no intention of leaving. He meets their neighbours, an engaging mix of farmers, shepherds and New Age travellers, and their daughter Chloe is born, linking them irrevocably to their new life. The hero of the piece, however, is the farm itself - a patch of mountain studded with olive, almond and lemon groves, sited on the wrong side of a river, with no access road, water supply or electricity. Could life offer much better than that?

Zo ongeveer het beste bergsport-boek ooit geschreven: bloedstollend spannend!

Joe Simpson and his climbing partner, Simon Yates, had just reached the top of a 21,000-foot peak in the Andes when disaster struck. Simpson plunged off the vertical face of an ice ledge, breaking his leg. In the hours that followed, darkness fell and a blizzard raged as Yates tried to lower his friend to safety. Finally, Yates was forced to cut the rope, moments before he would have been pulled to his own death.

The next three days were an impossibly grueling ordeal for both men. Yates, certain that Simpson was dead, returned to base camp consumed with grief and guilt over abandoning him. Miraculously, Simpson had survived the fall, but crippled, starving, and severely frostbitten was trapped in a deep crevasse. Summoning vast reserves of physical and spiritual strength, Simpson crawled over the cliffs and canyons of the Andes, reaching base camp hours before Yates had planned to leave.

How both men overcame the torments of those harrowing days is an epic tale of fear, suffering, and survival, and a poignant testament to unshakable courage and friendship.

De Japanse sprookjes, mythen en legenden staan garant voor spannende avonturen. "Fantastische verhalen uit Japan" leidt je via een vervaarlijk pad langs de magische Fuji-berg naar het keizerlijke Kyoto. 

De magie van Japan komt nergens zo goed tot uiting als in haar fantastische volksverhalen en sprookjes. Goedaardige haaimensen staan tegenover boze geesten en arme boeren proberen de kracht van betoverde sake te weerstaan. 

"Kiyo huilde, ze smeekte, ze sloeg haar mooi gevormde armen om hem heen, maar geen van haar verlokkingen had enig effect. Toen kreeg de priester de schrik van zijn leven: hij zag de ogen van Kiyo plotseling veranderen in die van een slang." 

Indonesië is een lappendeken van culturen en dat levert vele meeslepende sprookjes, mythen en legenden op. Deze fantastische verhalen dompelen je onder in een magische wereld.

"Geen bloemen, noch wierook, noch vruchten zal je mij als offer brengen, sprak de zeegeest. `Jij Rasoel bin Rachman, zult na zeven jaar zelf het offer zijn." 

De tropische eilanden van Indonesië staan garant voor spannende sprookjes en volksverhalen: Rasoel, Woeloer, apen, tijgers en kwaadaardige radjas nemen het op tegen elkaar en zichzelf. Laat je fantasie de vrije loop in de wonderlijke wereld van de Indonesische archipel!

Wereldreiziger Frank van Rijn vervolgt zijn fietsavonturen en fietst ditmaal door Madagaskar in Afrika.

Tijdens deze tien-weekse fietstocht door Afrika fiets hij door rijstterrassen, savanneland met baobabs, nationale parken,, en… wouden met lemuren, heel bijzondere apen zoals nergens ter wereld.

Ook maakt Frank een famadihana-ceremonie mee, een groot kleurrijk ‘feest’ waarbij de overledenen van een dorp opgegraven en opnieuw begraven worden en kwam hij op een 450 km lange zandweg langs vele graven van de Mahafaly-stam, die versierd zijn met kunstig gesneden houten alo-alo’s, een soort totempalen.

Natuurlijk ontbreekt een redelijke portie geploeter door mul zand en over bergen niet, maar ook maakt de auteur diverse rondwandelingen door prachtige natuurgebieden, waarbij hij herhaaldelijk reuzenkameleons en andere uit de kluiten gewassen reptielen van tak naar tak ziet kruipen.

DE DIKKE BAOBAB! Een reis door Madagaskar om zelf te maken.

Dit boek gaat over het hedendaagse Vietnam, over de steden Saigon en Hanoi die zo totaal verschillend van sfeer zijn, en over Vietnamezen die na de oorlog de brokstukken van hun leven bij elkaar raapten en opnieuw begonnen.

Een berooide huisvader die in de oorlog aan de kant van de Amerikanen stond, een zangeres die van Parijs droomt, een Amerikaanse GI, een dissidente schrijver, een romantische dichter die bevriend is met een prinses - dit zijn slechts enkele personen met wie Carolijn Visser op haar reis door Vietnam kennismaakte en met wie zij bevriend raakte. Zij verbleef enkele maanden in Saigon en Hanoi, maakte uitstapjes naar de bergen, en reisde door de Mekongdelta en naar Hué, de traditionele hoofdstad aan de oever van de Parfumrivier.

Hoge bomen in Hanoi gaat over het hedendaagse Vietnam, over de steden Saigon en Hanoi die zo totaal verschillend van sfeer zijn, en over Vietnamezen die na de oorlgo de brokstukken van hun leven bij elkaar raapten en opnieuw begonnen

Omdat de Tocht om de Noord in 2015 tien jaar bestaat en er op de eerste dag over een pelgrimspad (Jacobspad) wordt gelopen, heeft het bestuur aan Gerrit Jan Zwier opdracht gegeven een boekje over 'de wandelaar als pelgrim' te schrijven. Behalve boeken over noordelijke landen, zoals Altijd Noorwegen en het onlangs verschenen Er gaat niets boven Zweden, heeft Zwier ook diverse wandelboeken over Noord-Nederland op zijn naam staan. Wandelgeluk (Noordboek) is daarvan het meest recente voorbeeld. 

De wandelaar als pelgrim bevat een reeks gesprekken met caminogangers die vanuit verschillende vertrekpunten - waaronder Uithuizen! - de lange weg naar Santiago de Compostela hebben afgelegd. De interviews worden afgewisseld met stukken over belangwekkende boeken die over de reis naar Santiago zijn geschreven, en een prikkelend verslag van Zwiers eigen pelgrimstocht over het Groningse deel van het Jacobspad.

Elk voorjaar maakte Jelle Brandt Corstius een fietstocht met zijn vader. Een bestemming was er nooit, maar wel de zekerheid dat het niet langer dan twee dagen zou duren. Anders kregen ze ruzie.

Op 18 april 2014 begon Jelle Brandt Corstius weer aan een tocht, maar dan zonder zijn twee maanden eerder overleden fietsmaatje en vader, Hugo Brandt Corstius, een wonderlijke man die veel begreep van dingen waar de meeste mensen niets van begrepen (palindromen), maar weer heel weinig van de meest normale dingen (kinderen).

Met in zijn fietstas een deel van de as van zijn vader legt Brandt Corstius in zestien dagen 1.620 kilometer af. Hij kampeert op een troosteloze camping in Luxemburg, wordt beroofd door zigeuners (de as laten ze achter), logeert bij een Maastrichtse dame die eist dat hij het douchewater opvangt om de toilet mee door te spoelen en trekt overmoedig met vijftig kilo aan bagage door de Ardennen - tot hij aan de Middellandse Zee uitkomt, waar hij de as uitstrooit.

As in tas is Jelle Brandt Corstius' meest persoonlijke boek, over zijn bekende vader, geschreven op het moment dat hij zelf net vader is geworden, in de vorm die we van hem kennen: een reisverhaal.

OVER DE AUTEUR

Jelle Brandt Corstius (1978) is schrijver en programmamaker. Eerder verschenen Rusland voor gevorderden, Kleine landjes en Universele reisgids voor moeilijke landen, waarvan meer dan 60.000 exemplaren zijn verkocht. Ook schreef hij het boekenweekessay Arctisch Dagboek. Hij was twee keer presentator van Zomergasten en van veelgeprezen reisseries over Rusland en India.

A compendium of travel writing from a master travellerPaul Theroux celebrates fifty years of wandering the globe by collecting the best writing on travel from the books that shaped him, as a reader and a traveller. Part philosophical guide, part miscellany, part reminiscence, The Tao of Travel enumerates 'The Contents of Some Travellers' Bags' and exposes 'Writers Who Wrote About Places They Never Visited'; tracks extreme journeys in 'Travel As An Ordeal' and highlights some of 'Travellers' Favourite Places'. Excerpts from the best of Theroux's own work are interspersed with selections from travellers both familiar and unexpected, including Vladimir Nabokov, Henry David Thoreau, Graham Greene, Ernest Hemingway and more.

The Tao of Travel is a unique tribute to the pleasures and pains of travel in its golden age.

In 2006, Time magazine listed the King of Bhutan, Jigme Singye Wangchuk, as one of the 100 'leaders and revolutionaries' who are changing our world today. Yet it was only in the 1960s that the first road linking The Kingdom of the Thunder Dragon with India was opened, and since 1974 only a strictly limited number of tourists have been allowed to visit each year. Martin Uitz, a renowned expert on Bhutan, describes how the Bhutanese, in pursuit of the principle of 'Gross National Happiness', are carefully moving towards a more modern future, including a constitution and democracy, whilst preserving their traditional society and attempting to conserve the environment. Uitz made many fascinating discoveries in this enigmatic Kingdom. He was able to explain why the only traffic light was taken out of service, why six men are not allowed to go on a journey together, and what the subtle eroticism of a traditional hot-stone bath is all about. Along the way he also discovered that the Bhutanese hills are more alive with Edelweiss than the hills around his native Salzburg.

Voor het eerst gepubliceerd in 1995.

Marlo Morgan krijgt een unieke kans een buitengewone reis te maken, waarmee een levenslange wens in vervulling gaat. Ze gaat in op wat een onschuldige uitnodiging voor een feestlunch lijkt te zijn, maar wat uitmondt in een trektocht van drie maanden op blote voeten door het meest ontoegankelijke deel van Australië.

Met een groep van zo’n zestig aboriginals gaat Marlo op walkabout, een trektocht zonder een van tevoren vastgesteld doel en zonder tijdslimiet. Al haar aardse bezittingen moet ze afgeven. Als bescherming tegen de brandende zon krijgt ze niet meer dan een simpele lap om zich heen. Het eten bestaat voornamelijk uit larven, rupsen en andere insecten. Ondanks haar onervarenheid wordt ze na een paar weken aangewezen als leidster van de groep. Prompt moet de groep, die zonder bagage reist, het dagenlang zonder voedsel of water stellen…

De aboriginals beschouwen zichzelf als oermensen en zien westerlingen als afwijkingen, ‘mutanten’. Marlo ontdekt tijdens de tocht dat deze benaming heel toepasselijk is. Ook begint ze te begrijpen waarom de aboriginals bewust niet in de westerse samenleving willen integreren. Ze krijgt van deze fascinerende en zwijgzame mensen een ontroerende en inspirerende boodschap mee. Voor alle ‘mutanten’…

China en Tibet. Ada Rosman-Kleinjan reist samen met haar man Jan Rosman af naar deze twee landen in Azië. De reis begint in Hongkong, om vanuit deze miljoenenstad door te reizen naar het Karstgebergte in het zuiden van China. Vervolgens gaan Ada en Jan met het vliegtuig naar Chengdu waar het Panda Onderzoekscentrum staat én het vliegtuig dat het echtpaar naar Lhasa, de hoofdstad van Tibet brengt. Tibet: in geen enkel opzicht te vergelijken met China. De hoofdstad Lhasa, met het imponerende Potalapaleis en de vele kloosters en tempels. Samen met een gids en chauffeur reist het echtpaar naar het basecamp van de Mount Everest. Letterlijk en figuurlijk een adembenemende autoreis over de Vriendschapsweg.

Met de Hemeltrein gaat de reis verder naar Xi’an waar zij onder ander het Terracotta leger bezoeken. In de authentieke, ommuurde stad Pingyou is het heerlijk fietsen, slenteren en genieten voordat de reis verdergaat naar Datong. Datong waar zij het Hangende Klooster en de duizenden Boeddha’s in de Yungang grotten bewonderen. De reis eindigt in de hoofdstad Beijing; een stad om dagenlang in te verdwalen. Een stad vol tegenstellingen: de oude hutongs, moderne tienbaanswegen, het stalen Vogelnest van de Olympische Spelen en het allergrootste, door mensenhanden gebouwde, bouwwerk ter wereld: De Chinese Muur.

176 pagina’s bevat dit reisverslag

12 pagina’s met kleurenfoto’s kleuren dit reisverslag

schitterende kleurenomslag siert dit reisverslag

duidelijke landkaart staat natuurlijk in dit reisverslag

uitgebreide literatuurlijst maakt dit reisverslag compleet

"Als ik een lied van Afrika ken - zo peinsde ik - van de giraffe en van de Afrikaanse nieuwe maan, van de ploegen in het veld en de bezwete gezichten van de koffieplukkers, kent Afrika dan ook een lied van mij?"

Out of Africa is een onwaarschijnlijk mooi geschreven roman over het leven op een koffieplantage in Afrika. In 1937 schreef Karen Blixen haar memoires en daarin doet ze hartstochtelijk verslag van haar avonturen in Kenia. Over de natuur van de Highlands, de mentaliteit van de verschillende stammen, de gewoontes van de Kikoejoe, de Somali en de Masai. De roman is een veelstemmig lied van prachtige verhalen, de moeite waard door zowel de mooie schrijfstijl als de diepe interesse voor de inheemse bevolking en de liefde voor de natuur.

Karen Blixen hield van het Afrikaanse landschap met zijn rijke plant- en diersoorten. Zij voelde zich thuis bij de oorspronkelijke bewoners, voor wie zij raadgeefster, dokter, rechter en lerares was.

'Onbevooroordeeldheid, zelfspot en waardering voor ironie van het lot zijn eigenschappen die Blixen met de Afrikanen deelt en daarop is hun wederzijdse verstandhouding op gebaseerd. Deze eigenschappen geven aan Blixens lyrische schildering van een verloren paradijs een onbevangen en lichtvoetig karakter.' - Manet van Montfrans in NRC Handelsblad

'Haar verslag van haar avonturen in Afrika, geschreven nadat ze haar geliefde plantage moest opgeven en teurgkeerde naar Denemarken, is dat van een meesterverteller. Een vrouw die door John Updike "een van de meest pittoreske en tevens flamboyante literaire persoonlijkheden van de eeuw werd gekarakteriseerd.' - The Times

'Karen Blixen schrijft prachtig. Een aanrader om te lezen. Een ware klassieker.' - The New York Times

Karen Blixen, barones von Blixen-Finecke (Rungsted, 17 april 1885 - 7 september 1962), schreef onder het pseudoniem Isak Dinesen en publiceerde in het Deens en het Engels. Naast het semi-autobiografische Out of Africa, over haar tijd in Kenia, publiceerde ze nog zeven andere boeken.

De roman werd in 1985 onder de oorspronkelijk titel Out of Africa verfilmd door Sydney Pollack, met Meryl Streep en Robert Redford in de hoofdrollen.

Met een vierwielaangedreven (4×4) auto door de parken van de Okavango Delta in Botswana. Ada en Jan Rosman reisden door het Moremi Game Reserve en Chobe National Park. De auteur en haar echtgenoot maakten een reis door het noorden van Botswana. Vanuit Windhoek reden ze over prima asfalt, waar ezels, geiten en koeien medeweggebruikers zijn naar Botswana. In Maun werden de tanks volgegooid, extra proviand en water, erg veel water ingeslagen. Eenmaal aangekomen in de Okavango Delta werd het asfalt ingeruild voor diepe zandwegen, maakten de ezels, koeien en geiten plaats voor overstekende olifanten, rondslenterende zebra’s, statige giraffen, koninklijke leeuwen en brutale apen. In dit deel van Afrika zijn de dieren de baas en heeft de reiziger zich aan te passen.

In de auto, voorzien van een kampeeruitrusting en daktent, legde het echtpaar duizenden kilometers af. Via de Caprivistrip en een bezoek aan het Etosha park werd de auto in Windhoek weer ingeleverd. Jan en Ada hadden al 6 keer een reis door zuidelijk Afrika gemaakt, altijd in een ‘gewone’ auto. Het werd langzaamaan tijd voor een reis in een 4WD en dan is Botswana een meer dan fantastische bestemming.

schitterende kleurenomslag siert dit reisverslag

10 pagina’s met kleurenfoto’s zijn te vinden in het reisverslag

92 pagina’s telt dit reisverslag

duidelijke landkaart staat ook in dit reisverslag

literatuurlijst vind je ook in dit reisverslag

Prachtig werk over de geschiedenis van Celtisch Groot Brittanië en Ierland door Alistair Moffat.

Alistair Moffat's journey, from the Scottish islands and Scotland, to the English coast, Wales, Cornwall and Ireland, ignores national boundaries to reveal the rich fabric of culture and history of Celtic Britain which still survives today. This is a vividly told, dramatic and enlightening account of the oral history, legends and battles of a people whose past stretches back many hundred of years.

"The Sea Kingdoms" is a story of great tragedies, ancient myths and spectacular beauty. Alistair Moffat was born and raised in Kelso. He took degrees at the universities of St Andrews, Edinburgh and London and played rugby for Kelso and his universities. In 1976, he took charge of the Edinburgh Festival Fringe as it grew into the largest arts festival in the world. He now lives in Selkirk. "The Sea Kingdoms" has previously been published by HarperCollins.

Belevenissen in Barcelona: een wandeling door de stad en haar geschiedenis, met wat omzwervingen langs gefluisterde geheimen van dictator Franco, architect Gaudí, prinses Irene, voetballer Johan Cruijff en andere ‘opmerkelijke mensen of gekke dingen uit mijn herinneringen aan deze prachtige stad’. NOS-correspondent Robbert Bosschart bracht zo’n twintig jaar door in de kosmopolitische hoofdstad van Catalonië, ooit een ‘mager fortje waar een draak populair werd’.
Hij beschrijft ‘de plekjes waar Barcelona me liet lachen of huilen, smullen of vloeken’ – niet als reisgids, maar als een vertelling over roes, geloof, seks, geweld en mysterie in Spanje.

Een jonge Franse vrouw ANNE PHILIPE maakte in 1948 een reis per vliegtuig, per autobus en per karavaan, die haar letterlijk door het hart van Azië voerde. Naarmate zij dichter tot dit hart doordrong, werden de vervoermiddelen primitiever. Het laatste gedeelte heeft zij afgelegd per karavaan, met kamelen, paardjes en ezels, de wijze van vervoer die zolang mensenheugenis bestaat wordt toegepast. 

Haar reis voerde haar eerst per vliegtuig van Nanking in het uiterste oosten naar Oeroemtsji in het verre westen, in de provincie Sin-Kiang, en vandaar per vrachtauto en per karavaan in zuidwestelijke richting langs de westgrens van China naar Kasjgar en naar Pesjawar in Kasjmir. Dit was de weg die eeuwen geleden door Marco Polo werd gevolgd en die de 'weg van de zijde' werd genoemd ter herinnering aan de kostbare stoffen en zeldzame specerijen die uit China naar het weelderige Westen werden vervoerd en verhandeld. 

De oorlog woedde reeds in China en de omwenteling stond voor de deur. Anne Philipe reisde daarom in meer dan één zin op de grens van oud en nieuw en zij toont een grote gevoeligheid voor de sfeer der veranderingen die zich in dit sedert duizenden jaren onveranderlijk gebied voltrekken. Zij schreef haar dagboek, heet van de naald, en zij tekent haar ervaringen op met het landschap, met de mensen en hun levenswijzen en met de dieren die zoveel te lijden hebben in Azië; zij doet dit fris, nooit oppervlakkig, charmant en vol sympathie. De inleider, een Fransman, schrijft: ik wou dat ik een boek over Frankrijk kon schrijven, zoals Anne Philipe over haar reis door het hart van Azië.

In het mysterieuze Japan loopt Yvonne Schoutsen langs bergen en wateren op het eiland Shikoku. Zij volgt daar een eeuwenoude route waar veel Japanners van dromen. Het eiland rond in twaalfhonderd kilometer, langs achtentachtig tempels. Precies twaalfhonderd jaar geleden deed de beroemde boeddhistische monnik Kobo Daishi dit voor het eerst. Het pad laat de pelgrim ervaren dat de weg naar verlichting hier op aarde bewandeld kan worden. Doordat Yvonne Japans spreekt en zich openstelt voor het onbekende, volgen hartverwarmende ontmoetingen en magische ervaringen elkaar op. Laat u meevoeren op een onvergetelijke reis over onbekende wegen...

A major Channel 4 series and a Sunday Times bestseller

His journey is 4,250 miles long.
He is walking every step of the way, camping in the wild, foraging for food, fending for himself against multiple dangers.
He is passing through rainforest, savannah, swamp, desert and lush delta oasis.
He will cross seven, very different countries.
No one has ever made this journey on foot.
In this detailed, thoughtful, inspiring and dramatic book, recounting Levison Wood's walk along the length of the Nile, he will uncover the history of the Nile, yet through the people he meets and who will help him with his journey, he will come face to face with the great story of a modern Africa emerging out of the past. Exploration and Africa are two of his great passions - they drive him on and motivate his inquisitiveness and resolution not to fail, yet the challenges of the terrain, the climate, the animals, the people and his own psychological resolution will throw at him are immense.
The dangers are very real, but so is the motivation for this ex-army officer. If he can overcome the mental and physical challenges, he will be walking into history...

op de ökumenische pilgerweg .....

Wij lopen in mei 2014 van oost naar west langs de oude Via Regia door de voormalige DDR en ontmoeten daar een samenleving die nog steeds moet wennen aan de verworven vrijheid. De werkelijk voorbeeldig georganiseerde pelgrimsroute begint op de Poolse grens in Görlitz en eindigt in het westen in het stadje Vacha, op de voormalige grens tussen toen Oost- en West-Duitsland.

De organisatie is in handen van de geloofsgemeenschappen van de evangelisch-lutherse kerk; weer eens iets anders dan de katholieke sferen op de oude pelgrimswegen naar Santiago en Rome.

Pelgrimsherbergen zijn er veel, uitstekend geoutilleerd en goedkoop.

De herbergsouders zijn buitengewoon voorkomend en vriendelijk. Als je wilt kun je elke dag bovendien de Reisesegen ontvangen voor je verdere tocht.

Je loopt door prachtig landschap, vooral in mei als het koolzaad de velden in een heldere gele gloed zet. Het routeboekje is werkelijk volmaakt. Alles wat een pelgrim nodig heeft staat erin.

Wij genieten volop van al het moois en vriendelijks dat op ons pad komt.

We verdiepen ons in de historie van de DDR met zijn samenleving achter prikkeldraad. In 1989 viel de Muur. Ruim vijfentwintig jaar later waagt de bevolking eindelijk erover te praten. Sommigen vertellen openhartig over hun leven vóór en na de val van de Muur.

Riet heeft onderweg te kampen met ernstige familieomstandigheden in Nederland. De Ökumenische Pilgerweg helpt haar op bijzondere wijze door de zwaarste momenten heen. We schrijven opnieuw een boek. De belevenissen op deze bijzondere pelgrimstocht schreeuwen daar als het ware om.

Het is een boek geworden dat niet alleen over onze tocht en ontmoetingen verhaalt, maar ook over de geschiedenis van de landstreken, over de samenleving in de voormalige DDR, de evangelisch-lutherse handtekening van de route en over Luther en Bach.

Daarnaast hebben we er uitgebreide interviews in opgenomen met boeiende mensen die we onderweg ontmoet hebben, zoals drie successievelijke moeder-oversten van het Diakonessenmutterhaus in Eisenach.

Uiteraard bevat ook dit boek een overzicht van onze etappes en overnachtingsadressen.

Na een persoonlijke crisis reist Arita Baaijens af naar het Altajgebergte in het zuidwesten van Siberië, waar het legendarische Shambhala te vinden zou zijn, een aards paradijs in een doolhof van gletsjers en ravijnen. Onvermoeibaar trekt de reizigster te paard over besneeuwde bergen en door donkere wouden waar wolven en beren wonen. Onderweg ontmoet ze keelzangers, stoere herders, biologen, sjamanen, kluizenaars, professoren en profeten, maar het paradijs blijft onvindbaar, zelfs na jaren zoeken. Ze raakt geïntrigeerd door het geloof van lokale bewoners in de heilige natuur en vraagt zich af hoe landschap en geest elkaar beïnvloeden. Hoe fantasie zich van de werkelijkheid onderscheidt. En of wetenschap het monopolie op waarheid bezit. De zoektocht naar het paradijs zet het leven van de ontdekkingsreizigster weer op de rails.

Het Zuiden van de Verenigde Staten is een gebied met twee gezichten: er wonen de vriendelijkste en meest gastvrije mensen van Amerika. Men hecht er het meest aan traditie, er wordt hard gewerkt, en met succes. Maar racisme ligt hier vaak nog aan de oppervlakte en het contrast tussen arm en rijk is groter dan in de rest van het land. De band met het land is intens: ondanks natuurgeweld - overstromingen, orkanen, met als recent dieptepunt Katrina - wil ieder die het ontvlucht, niets liever dan terugkeren.

Het Zuiden ziet zichzelf graag als het échte Amerika, en dat heeft het hard te verduren gekregen. Dit is het gebied dat Paul Theroux ontdekt in Het diepe Zuiden, en hij reist erdoorheen als was het een vreemd land: 'De hoofdweg verlaten, de musea overslaan, op zoek naar de menselijke architectuur.' Dus hij gaat naar de kerk, naar een wapenshow, langs boerderijen die nog steeds 'plantages' worden genoemd; hij gaat naar het hart van de zuidelijke geschiedenis. Op zoek naar het geheim van dit gebied.

Eduard Fischer takes us on an exploration of myth, art, science, and the sacred space of high mountains. This is an account of adventure and deep reflection accompanied by a selection of the author's stunning colour photographs. After first visiting the Trans-Himalayan region of Ladakh in 1985, he returned again and again, seeking to catch a glimpse of the phantom of the Himalayas - the elusive snow leopard.

During these visits he became enthralled with the unique culture of this ancient mountain kingdom, one of the oldest enclaves of Buddhism. The phantom cat itself becomes, at turns, Eduard's quarry, nemesis, obsession, and finally, in a surprising twist of destiny, his teacher.

An enchanting and fascinating insight into Japanese landscape, culture, history and future. Originally written in Japanese, this passionate, vividly personal book draws on the author's experiences in Japan over thirty years. Alex Kerr brings to life the ritualized world of Kabuki, retraces his initiation into Tokyo's boardrooms during the heady Bubble Years, and tells the story of the hidden valley that became his home.

But the book is not just a love letter. Haunted throughout by nostalgia for the Japan of old, Kerr's book is part paean to that great country and culture, part epitaph in the face of contemporary Japan's environmental and cultural destruction.

Winner of Japan's Shincho Gakugei Literature Prize, and now fully revised in a new edition.

Alex Kerr is an American writer, antiques collector and Japanologist. Lost Japan is his most famous work. He was the first foreigner to be awarded the Shincho Gakugei Literature Prize for the best work of non-fiction published in Japan.

In De kinderen van papa Koto volgen we Jan Boonstra tijdens zijn verkenning van Madagaskar, een betrekkelijk onbekend eiland voor de zuidoostkust van het Afrikaanse continent. Toch een eiland zo groot als Frankrijk en de Benelux samen. Madagaskar is bekend om zijn unieke flora en fauna. Het is echter niet alleen een ideale vakantiebestemming voor wie is geïnteresseerd in reptielen, lemuren en endemische orchideeën. Wie het land bezoekt, raakt evenzeer onder de indruk van de buitengewoon vriendelijke, maar straatarme, bevolking. Zoals we inmiddels van Boonstra kunnen verwachten - vorig jaar ver¬scheen van hem Veertigduizend Engelen, een rondreis door Ethiopië - zijn het ook in Madagaskar met name deze innemende mensen die in zijn verhalen en op zijn fotos tot leven komen. Wie door Madagaskar reist, hinkt steeds op twee gedachten. Het rode eiland, zoals Madagaskar wel wordt genoemd, lijkt soms onmiskenbaar Afrikaans, terwijl het op een ander moment typisch Aziatisch aandoet. We volgen de schrijver en zijn vrouw op hun tocht door dit schitterende land. Een tocht waarbij de ringstaartmakis in de bomen wachten tot ze weer zijn doorgelopen, maar waarbij de kinderen net zo lang staan te dansen en te zwaaien tot ze uit het zicht zijn verdwenen. De kleur die de Malagassiërs aan hun land geven is onmiskenbaar Afrikaans. In De kinderen van papa Koto zijn dit letterlijk de kleuren die je op de fotos ziet. Het is ook de couleur locale die je proeft bij het lezen van dit vlot geschreven en vaak geestige reisboek.

De oude Patagonië-Expres is het fraaie verslag van een treinreis dwars door het hele Amerikaanse continent. Theroux stapt in Boston op de metro, om uiteindelijk uit de trein te stappen op het zuidelijkste puntje van Zuid-Amerika. Hij komt door adembenemende gebergten en dorre woestijnlandschappen, per luxetrein en per gammele roestbak, altijd gewapend met zijn scherpe pen, waarmee hij zijn lotgevallen en gesprekken onderweg vastlegt.

Turkey’s greatest living novelist guides us through the monuments and lost paradises, dilapidated Ottoman villas, back streets and waterways of Istanbul – the city of his birth and the home of his imagination.

Turkey's greatest living novelist guides us through the monuments and lost paradises, dilapidated Ottoman villas, back streets and waterways of Istanbul - the city of his birth and the home of his imagination. This is a supremely moving account of one man's love affair with the city that has been his home since his birth.

Met een beschouwende, geestige en scherpe pen beschrijft Gerrit Jan Zwier in Het noordelijk gevoel zijn reizen door Canada, Groenland, IJsland, de Faerøer, de Lofoten en Lapland. Zijn verhalen over toendra’s en ijsberen, over de jacht op walvissen en zeehonden, over romantisch reizigers en markante noorderlingen vormen een indringend portret van het leven op de noordelijke buitenposten.

Het is 1960. Cees Nooteboom reist in een bus door het Marokko van een halve eeuw geleden. Naast hem zit een man in djellaba met een geweer en een kalfskop op schoot. Vijftig jaar later ziet hij vanaf de reling van een Duits schip hoe in de buurt van Madagascar een groep mannen in prauwen tegen een halve storm in roeit om in de buurt van het schip te komen. Tussen die twee data bevindt zich een leven van reizen en schrijven, vaak ver van Europa. Timboektoe, Mauritius, Kaap Agulhas, Ouarzazate, Gambia, Bamako, plaatsen ver weg, gezien en opgeschreven.
In De roeiers van Port Dauphin zijn Nootebooms reportages over al zijn Afrikaanse reizen bijeengebracht. Een must voor iedere liefhebber van de meester van het reisverhaal.

IJsland is een land dat altijd tot de verbeelding heeft gesproken, zeker tot die van Nederlanders. In vroeger dagen berichtten alleen vissers en walvisvaarders, die bij slecht weer een goed heenkomen hadden gezocht in baai of fjord, over dit noordelijke eiland. Later waren het vooral natuurvorsers en sagaliefhebbers die het land verkenden. In onze tijd ontdekken steeds meer toeristen dat safari's niet alleen in Afrika maar ook op IJsland georganiseerd worden.

Een groot deel van IJsland is ongetemd en onherbergzaam. Ook aan de bewoonde kust kan de wereld er op een regendag grauw en verlaten uitzien. Maar wie last heeft van 'het noordelijk gevoel', zal altijd weer naar de barre kusten van het hoge noorden trekken, al was het maar om eens alleen te kunnen zijn in een woest en leeg heelal.

Op een levendige en persoonlijke wijze brengt Gerrit Jan Zwier in dit boek verslag uit van zijn reiservaringen.

'Zwier kijkt rond met de goeie ogen. Alleen daarom al mag geen enkele Scandinavië-freak of IJslandganger dit boek missen.' - Vrij Nederland

Over Het noordelijk gevoel:

'Het noordelijk gevoel is een onstilbaar verlangen om het onbestemde te bereiken, een tekort dat iedereen wel voelt, maar alleen door de romantici onder ons belangrijk genoeg geacht wordt om er een boek aan te wijden.' - De Morgen